Wout van Aert stelde alles in het werk om dit voorjaar op de absolute top van zijn kunnen te zijn in De Ronde van Vlaanderen en Parijs-Roubaix. Na alle ellende van vorig jaar was dat misschien wel zo, maar meedoen om winst in de twee kasseimonumenten zat er nooit in. Tijd om te herbronnen?
Meer koersen
Die mening is Dirk De Wolf alvast wel toegedaan. De kritiek dat Van Aert te weinig koersen rijdt klonk al eerder, ook de analist is van mening dat dit de Kempenaar meer genegen zou zijn. "Hij moet meer koersen en alle klassiekers rijden tot de Amstel Gold Race. Dus ook de Tirreno en Milaan-Sanremo", klinkt het.
Zijn collega analist Jan Bakelants springt De Wolf bij in Wielerclub Wattage. Hij ziet gelijkenissen tussen Van Aert en De Lie. "Van Aert en De Lie zijn mannen die koersen moeten winnen. Ze moeten zichzelf 's morgens in de spiegel kijken en zeggen: "Ik ben de beste". Dan geraken ze daarvan overtuigd en blijven ze winnen."
Integendeel was het volgens Bakelants nu mentaal te moeilijk om echt te wedijveren met mannen als Van der Poel, Pogacar, of zelfs Pedersen. “Nu trekt Wout met 0 zeges naar die grote koersen. Als je rivaal uit jeugdcategorieën dan ook nog eens de bovenhand neemt, dan zinkt de moed je in de schoenen."
Zomermens
Maar sowieso ziet Bakelants nog wel een euvel voor zijn goede vriend. De lenteperiode blijkt immers niet helemaal zijn dada. "Ik denk dat het voorjaar niet de periode is waarin Wout het allerhoogste rendement uit zichzelf kan halen. Wout mag trainen zoveel hij wil, in het voorjaar zal hij altijd wat minder zijn dan in de zomer."
In de zomer zagen we Van Aert al verschillende keren topprestaties leveren in de Tour de France, prestaties die we nog niet terugzagen in het voorjaar. Het feit dat hij met Milaan-San Remo zijn enigste monument in de zomer won (toen door corona, nvdr), staaft deze analyse.