Parijs-Roubaix moet Wout van Aert liggen. Geen explosieve hellingen zoals in de Ronde van Vlaanderen, wel een lange, slopende strijd op kasseien waarin uithouding en koersinzicht primeren. En net daarin ligt zijn kracht. Toch is er één opvallend verschil ten opzichte van vorige week: de steun die hij krijgt van zijn ploeg.
In de Ronde van Vlaanderen kon Van Aert rekenen op de uitstekende Tiesj Benoot en Matteo Jorgenson, die samen met hem de finale haalden. Maar zondag staan zij niet aan de start in het Noorden van Frankrijk. Beide renners krijgen rust. Het gevolg? Van Aert verschijnt aan de start met een verjongde, maar in dit soort koersen ook onervaren selectie.
Jonge ploeg rondom Van Aert
De kern van Team Visma | Lease a Bike telt met Matthew Brennan, Per Strand Hagenes en Niklas Behrens drie jonge talenten. Daarnaast zijn er met Edoardo Affini, Julien Vermote en Dylan van Baarle drie ervaren renners, maar alleen Van Baarle heeft echt adelbrieven in Roubaix.
Volgens ex-renner en analist Sep Vanmarcke ligt daar het grootste risico voor Van Aert. “Vanaf het Bos van Wallers zal hij zijn plan wel trekken. Maar voordien heb je een ploeg nodig die je uit de gevarenzone houdt en je in positie brengt”, zegt hij bij Het Nieuwsblad. “En daar lijkt Visma dit keer iets minder gewapend.”
Van Baarle als vrijbuiter?
Opvallend is dat ook Van Baarle niet per se in dienst zal rijden. De winnaar van Parijs-Roubaix in 2022 zou wel eens als vooruitgeschoven pion de koers kunnen openbreken. “Dan wordt hij voor mij zelfs een heel gevaarlijke outsider”, vindt Vanmarcke. Het past in de strategie van Visma | Lease a Bike om meerdere opties open te houden. Maar de vraag is of dat ten koste gaat van de bescherming van Van Aert zelf.
De Belg weet dat hij zondag misschien vroeger dan gewenst alleen komt te zitten. En met concurrenten als Van der Poel, Pedersen, Pogacar en Ganna is dat geen ideale situatie. Toch is het parcours hem beter gezind dan de hellingen van Vlaanderen. Met goede benen en het juiste koersinzicht kan Van Aert zondag alsnog meedoen voor de overwinning.
Maar het staat vast: hij zal het niet cadeau krijgen. Niet van de tegenstand. En dit keer ook niet van het koersverloop.