Voorafgaand was er – mede door een sterke Ronde van Vlaanderen – veel hoop omtrent een gooi naar winst voor Wout van Aert in Parijs-Roubaix. Helaas bleek de realiteit anders. Hij kwam eigenlijk nooit in het stuk voor, al werd hij dan nog wel mooi vierde.
Definitieve afstand
Echter lijkt het verschil tussen Van Aert en Pogacar/Van der Poel momenteel te groot te zijn. Dat is een constatering van het moment, maar kan hij het tij ooit nog keren? Dirk De Wolf vreest ervoor. “Ik hoop van wel, maar neen, ik denk het niet (dat hij ooit nog op het niveau van die twee kan komen, nvdr).
“Waarom? Gewoonweg omdat die twee er mijlenver bovenuit steken. Het gaat niet om één à twee, maar eerder om drie à vier kilometer per uur. Als je in topconditie bent, dan dwing je ook meer geluk af. Kijk naar Van der Poel, die in Parijs-Roubaix nog lek reed maar dankzij zijn grote voorsprong de volgwagen achter zich had zitten en heel snel kon wisselen.”
Het wordt alleszins geen sinecure, zo weet ook José De Cauwer bij Het Nieuwsblad. Hij houdt echter nog een slag om de arm. “Dat is de vraag van tien miljoen waar Van Aert, Visma-Lease a Bike en heel zijn omgeving mee bezig zijn. Hij moet weer alles van zich af kunnen zetten en volledig ontspannen kunnen koersen. En niet met de instelling van ziedet wel da’k terug ben als hij dan een koers wint. Dat hoeft ook niet.”
Valpartijen
Bekijken waar het foutliep, dat zal straks zeker gebeuren. Maar één oorzaak valt zeker al terug te vinden. Zijn twee zware valpartijen hebben ontegensprekelijk hun invloed gehad op dit seizoen. Zeker die in de Vuelta heeft er ingehakt, zo denkt De Wolf. “Dat is toch wel een zware knak geweest. Hij was toen echt in topconditie.”
En dus is er meer tijd nodig dan Van Aert nu heeft gekregen. “Na zo’n zware valpartij moet je altijd een beetje geluk hebben dat je op hetzelfde niveau van vroeger terugkomt. Zijn rechterknie ziet er nog steeds verschrikkelijk toegetakeld uit.” Het wordt dan ook afwachten of we straks een verschil in niveau zullen zien.