De Giro d'Italia is een prooi geworden voor Jai Hindley. De Australiër van BORA-hansgrohe haalde het voor Richard Carapaz en Mikel Landa. Die laatstgenoemde kwam in de afsluitende tijdrit pas als 76ste binnen, op 3:04 van winnaar Matteo Sobrero.
De Spanjaard toonde daar nog maar eens mee aan dat tijdrijden allesbehalve zijn specialiteit is. En dat komt hem op kritiek te staan in zijn thuisland, en meer bepaald van ex-renner Samuel Sánchez. "Ik weet niet hoe hij er de laatste jaren op getraind heeft, maar het is duidelijk dat hij zichzelf niet kan verdedigen in de tijdrit. Als dat zo blijft, zal hij nooit een grote ronde winnen. Gelukkig voor hem waren er weinig tijdritkilometers, maar als hij wil winnen, zal hij een sprong moeten maken", zegt Sánchez bij MARCA.
Landa staat bekend als een uitstekende klimmer, maar verliest steeds veel terrein wanneer er een tijdrit op het programma staat. De Bask tekende desondanks toch voor een mooie derde plaats in La Corsa Corsa. Het is de tweede keer dat hij het podium haalt in Italië. Dat lukte hem eerder al in de editie van 2015. In de editie van 2019 viel hij net naast het podium en werd hij vierde.
WACHTEN OP EINDWINST
Zoals Sánchez aangaf bij MARCA, wacht Landa wel nog steeds op een grote rondezege. De klimmer kon tot op heden enkel enkele 'kleinere' rittenkoersen op zijn naam zetten. Zowel in 2017 als 2012 toonde hij zich de beste in de Ronde van Burgos. In 2016 won hij de Ronde van Trentino, die nu de Ronde van de Alpen geworden is.