Na zijn derde plek in de rit naar Trasacco was Mathieu van der Poel vrijdag opnieuw dicht bij ritwinst in Tirreno-Adriatico. In de lastige finale richting Pergola bleek de Nederlander de snelste van een uitgedunde achtervolgende groep, maar de vroege vluchter Fredrik Dversnes wist net uit de greep van het peloton te blijven.
Van der Poel erkende na afloop dat het zuur was om naast de overwinning te grijpen, maar hij keek vooral naar het positieve. “Dat is natuurlijk balen, maar ik ben vooral blij met hoe ik heb gereden”, vertelde hij aan Het Laatste Nieuws.
‘Op de klim zat ik echt op mijn limiet’
De rit kende een pittig verloop, met de Monterolo-klim (3,9 km aan 6,6%) als ultieme scherprechter. Daar leek Van der Poel aanvankelijk moeite te hebben, maar hij wist zich knap staande te houden. “Ik had niet gedacht dat ik die klim zou overleven. Dat lukte dan toch, maar daarna moest ik gokken, want ik zat alleen in de finale.”
Met Dversnes nog vooruit moest er een georganiseerd achtervolgingswerk komen, maar dat gebeurde niet. “Uiteindelijk valt het stil en wint de vluchter nog. Jammer dat ik geen ritoverwinning heb gepakt, maar al bij al ben ik tevreden met mijn prestatie.”
Test richting Milaan-San Remo
De zware rit naar Pergola gaf Van der Poel in ieder geval een goed gevoel richting zijn eerste grote doel van het seizoen: Milaan-San Remo. “De situatie was een beetje vergelijkbaar”, merkte hij op.
“Al was de klim hier op het einde een stuk lastiger dan de Poggio en hebben we vandaag 200 kilometer gereden in plaats van 300 naar San Remo.”
Met een tweede en derde plaats in de afgelopen dagen lijkt de vorm van Van der Poel in ieder geval op het juiste moment te komen. Of dat zich ook in een zege in Milaan-San Remo vertaalt, zal volgende week blijken.
