Met Dries De Bondt is er een deel van het meubilair vertrokken bij Alpecin-Deceuninck. Al sedert 2019 reed de Belg voor het team van de gebroeders Roodhooft, straks volgt een nieuw avontuur bij Decathling-AG2R, waar hij onder meer ploegmaat zal worden van Oliver Naesen.
Tegenover Het Nieuwsblad doet De Bondt nu het verhaal van zijn vertrek, dat zeker niet verplicht was. “Ik moest niet vertrekken bij Alpecin-Deceuninck”, stelt hij namelijk. Maar de aanwezigheid van absolute toppers zoals Van der Poel en Philipsen stonden zijn eigen kansen toch wat in de weg, zo zegt de voormalige Belgische kampioen eerlijk.
“Ik voelde wel dat het voor mij steeds lastiger werd om er veel vrijheid te krijgen. Mijn eigen ding doen zat er minder vaak in als we met Mathieu van der Poel of Jasper Philipsen aan de start stonden. Ik heb nog te veel ambitie om luxeknecht te worden. Die adrenaline die je alleen voelt als je mee de finale van een wedstrijd kan koersen, daar snak ik nog altijd naar. Ik heb er ook de capaciteiten voor”, stelt De Bondt vol vertrouwen.
WIN-WIN
Het sportieve aspect blijkt dus de doorslag te hebben gegeven, maar ook het financiële gegeven zal ongetwijfeld een rol hebben gespeeld. “Het voorstel dat ik van Vincent Lavenu (sportieve baas van Decathlon-AG2R, red.) kreeg, lag een stuk hoger dan wat ik had en dat flatteerde me natuurlijk. Ik heb het dan overgemaakt aan Philip en Christoph Roodhooft. En eigenlijk heeft Philip mijn keuze makkelijker gemaakt. Hij zei open en eerlijk dat zij me dat financieel niet konden bieden.”
Beide partijen gingen echter in perfecte verstandhouding uit elkaar, en dat hoeft zelfs niet definitief te zijn. “Het hoeft een terugkeer op termijn zeker niet in de weg te staan. Ze lieten al wel wat doorschemeren dat er na mijn carrière misschien nog wel een rol voor mij is bij hun ploeg, maar voor nu ligt mijn toekomst hier.”