Komend weekend wordt er gecrosst op Amerikaanse bodem. Zo staat immers de wereldbekermanche in Waterloo op het programma. Al staat zeker niet iedereen daarvoor te springen. Ook Jurgen Mettepenningen, manager bij Pauwels Sauzen-Bingoal niet.
Tegenover Sporza deed hij uit de doeken dat aan deze uitstap een prijskaartje vasthangt van 20 à 25 duizend euro. Om van de verplaatsing nog maar te zwijgen. "Het blijft wel gekkenwerk", aldus Mettepenningen daarover. "Voor een wedstrijd van een uur reizen we helemaal naar Amerika af. Vrijdag vertrekken we, maandag komen we terug."
Intussen doet de cross al bijna tien jaar het Amerikaanse continent aan, maar de belangstelling wordt steeds minder, concludeert ook Mettepenningen. "In het begin zag het er veelbelovend uit, maar het publiek vindt de weg niet naar de wedstrijden en ook voor ons is het niet eenvoudig om ter plaatse te geraken."
EUROPA
In plaats van het meteen zo ver te gaan zoeken, denkt Bart Wellens dat de cross eerst beter al eens andere Europese landen zou aandoen. Mettepenningen ziet daar alvast een groot voordeel in ten opzichte van hoe het nu is.
"Dan wordt het beheersbaar voor ons als ploeg. Want nu opereren we op de limiet. Ik begrijp dat we de oversteek maken, omdat de sponsor van een concurrerende ploeg (Baloise Trek Lions, red) daar zijn hoofdzetel heeft, maar voor ons heeft die manche wel een prijskaartje."