Remco Evenepoel vertoeft 's winters in het zonnige Calpe, aan de Spaanse kust om er zich klaar te stomen voor het volgende seizoen.
Dat is best wel een opvallende keuze, aangezien een grote meerderheid van zijn collega's, in het bijzonder de ronderenners, in Monaco of Andorra hun winterkilometers afleggen. Beide dwergstaten zijn fiscale paradijzen, heel interessant dus voor de grootverdieners. Je kan er ook, zeker in Andorra, trainen in de bergen.
“Ik heb die plaatsen ook overwogen", vertelt Evenepoel in een interview met Het Laatste Nieuws. "Voor de Vuelta ben ik Andorra gaan ontdekken." Toch kiest de Belgische kampioen voor het vlakkere Calpe, waar hij ook de volle pot aan belastingen moet betalen.
"Calpe is over het algemeen idealer. Twee uur vliegen, daarna nog één uurtje met de wagen. Het is gemakkelijker om vrienden en familie te ontvangen. Het heeft zeker niets met belastingen te maken - dan zou ik veel beter ergens anders gaan wonen."
Voordelen
De grote voordelen tegenover België? "Ik heb het gevoel dat ik in Calpe beter kan trainen. Ik kan er beter in mijn zone blijven, me richten op de grote doelen, het weer is er iets stabieler dan in België, dat is mooi meegenomen. Ik kan er ook mijn klimwerk beter onderhouden. En ik kan er beter dan in België met de tijdritfiets trainen. Allemaal niet onbelangrijk met het oog op een eerste Tour-deelname."
Wout van Aert wil in tegenstelling tot zijn collega's België niet verlaten. Zelfs als zijn vrouw en kinderen mee zouden verhuizen, zou hij hen naar eigen zeggen te veel missen. "Ieder doet zijn eigen ding", zegt Evenepoel daarover. "Wij hebben natuurlijk nog geen kinderen, dat verandert waarschijnlijk wel wat."