Met voormalig profwielrenner Patrick Evenepoel als vader, kreeg Remco de koers met de paplepel binnen. Toch leek hij als jeugdspeler van onder meer Anderlecht en PSV eerst op weg om het te maken als voetballer. Na enkele tegenslagen maakte Evenepoel in 2017 echter de omschakeling naar het wielrennen. En dat bleek een uitstekende keuze.
Al in zijn tweede seizoen bij de junioren blies hij de concurrentie weg. Met een dubbele wereldtitel in het tijdrijden én op de weg als kers op de taart. Gezien zijn onmiskenbare talent besloot Evenepoel de beloften-categorie over te slaan en ging hij meteen als prof aan de slag bij het grote Quickstep van Patrick Lefevere.
Bij die overstap werden oorspronkelijk de nodige bedenkingen geplaatst, maar de ‘Aerobullet uit Schepdaal’ veegde de twijfels zelf van tafel. Als neo-prof won hij de Ronde van België, fietste hij iedereen uit het wiel in de Clasica San Sebastian en werd hij Europees kampioen tijdrijden. Ook in zijn tweede jaar ging Evenepoel verder met wat hij het beste kan: koersen winnen.
Tot midden augustus het noodlot toesloeg met een zware val in de Ronde van Lombardije. Na een maandenlange en moeizame revalidatie maakte Evenepoel zijn rentree in de Giro van 2021, maar zijn eerste grote ronde werd geen groot succes. Vervolgens herpakte hij zich met opnieuw enkele knappe zeges en straffe solo’s. Op zijn 22ste blijft Evenepoel dan ook de grootste kandidaat om ons land op termijn eindelijk weer de gele trui te bezorgen.