Toon Aerts baalde na het WK veldrijden. De Belgische crosser reed als zesde over de streep, maar er had zeker meer ingezeten. "Lek, lek en Lek", klonk het achteraf bij Sporza.
Een zesde plaats voor Aerts op het wereldkampioenschap veldrijden. Niet slecht zou je denken, maar de renner van Deschacht-Hens-Maes bleef achteraf vooral gefrustreerd achter. Mechanische pech zorgde er immers voor dat hij niet hoger eindigde. "Ik ben drie keer lekgereden", zuchtte hij na de cross.
"Ik ben andere dingen gewoon"
"Eén keer na twintig minuten, toen na een half uur en dan nog eens na zo’n veertig minuten", herinnerde Aerts zich. "Elke keer als ik in mijn ritme kwam en renners aan het oprapen was, draaide ik de weg op met een lekke band. Ik heb daar waarschijnlijk steeds een spoor genomen waar een steen of zoiets lag.”
De frustratie bij Aerts was dan ook groot achteraf. "Want ik had het er vandaag echt op staan. Ik kon vaak dicht blijven of terugkomen bij de jongens. Misschien niet meer voor het podium, maar dan nog is het vloeken. Het was niet gemakkelijk om te blijven rijden, maar ik ben andere dingen gewoon.”
Blijven vechten
Een duidelijke verwijzing naar de dopingschorsing die Aerts moest ondergaan. "Daar denk je dan aan terug. Je laat je hoofd drie, vier seconden hangen, maar dan plots zie je weer andere renners opduiken", aldus de Belg.
"Ik moet zeggen dat ik toch wel een uur ben blijven vechten. Als je dan drie lekke banden hebt gedaan, kun je tevreden zijn met een zesde plaats. Maar ik was eigenlijk voor meer gekomen.”