Oliver Naesen heeft een wel heel bizarre ervaring meegemaakt op zijn hotelkamer. Zo kwam het plafond – gyproc zo lijkt het – in het midden van de nacht naar beneden gevallen.
Goed weggekomen
Het voorval speelde zich af op dinsdagnacht, de nacht voor Eschborn-Frankfurt waar Naesen aan de start kwam. “Het was na middernacht toen ineens het pleisterwerk van het plafond kwam gevallen. Ik schrok me dood. Het maakte zoveel lawaai dat ook verzorgers van onze ploeg uit hun bed sprongen en in de gang kwamen kijken wat het was”, doet Naesen zijn verhaal in Het Nieuwsblad.
“Er viel ook een groot stuk op mijn enkel die geschaafd was, blauw zag en wat gezwollen was. Het was mijn enige lichaamsdeel dat niet onder de dekens lag.” Al had het voor Naesen heel wat erger kunnen aflopen.
“Mijn ploegmaat had zijn bed wat achteruit geschoven. Het was een geluk dat ik dat niet had gedaan, anders was dat plaksel dus misschien wél op mijn hoofd terecht gekomen. Gelukkig niet, want er waren best scherpe randen aan.”
Die ploegmaat is Stan Dewulf. "Mijn eerste koers van het seizoen en ik had dood kunnen zijn", reageert die op het voorval. "Toen we zeiden aan de receptie dat ons plafond naar beneden was gekomen, konden ze alleen maar "what!?" herhalen."
Hilariteit bij ploegmakkers
Uiteraard ging de renner dit melden bij de receptie, waar ze al even stomverbaasd stonden. “Ze kwamen naar boven gestormd en wisten niet wat ze zagen. We kregen een andere kamer toegewezen en ons verblijf was gratis.”
“Maar ik slaap altijd gratis als ik in opdracht van de ploeg op hotel verblijf voor een koers (schatert). De collega’s moesten lachen toen ze ons in wit poeder de ochtend van de koers naar de ontbijttafel zagen komen.”