De hele week blikken we in verschillende delen vooruit op Parijs-Roubaix. Vandaag is het parcours aan de beurt, dat het decor vormt voor de 120ste Ronde van Vlaanderen.
256,6 kilometer. Naar 0. Zo snel mogelijk. Dat is de wens van iedere renner aankomende zondag. Hij die het snelst die 256,6 kilometer aflegt en als eerste zijn wiel over de meet drukt op de mythische vélodroom van Roubaix, mag die felbegeerde kassei in de handen nemen en ten hemel richten op het middenplein van de piste, waar andere renners vooral hun blaren tellen, vooraleer ze de legendarische koude douches bezoeken.
WACHTEN, WACHTEN, WACHTEN
Vanuit Compiègne, dat ten noordoosten van Parijs ligt en voor de niet-wielerliefhebber een onbekende stad is – enkele oorlogen daargelaten, trekken de renners naar het noorden. Langzaamaan begeven ze zich naar de loopgraven van deze koers, die men met een angstaanjagend woord ook wel kasseistroken durft te noemen.
Als er geen ploegen zijn die menen gek te moeten doen door een gunstig staande wind, is het wachten, wachten en nog eens wachten tot de eerste keienpaden – een eerbiediger woord kunnen we er helaas niet voor vinden – opdoemen. Na ruim 96 kilometer komt de eerste strook waarbij het lijkt alsof onze lieve heer vanaf boven de stenen zo in de ondergrond heeft gesmeten.
Troisvilles à Inchy – het beestje moet toch een naam hebben – is Secteur 29! Jazeker, in Parijs-Roubaix telt men af. Wellicht om de tocht nog barbaarser en onmenselijker te maken en de heren coureurs de moed nog meer in de raceschoenen te laten zinken.
BEROEMDSTE BOS
De stroken worden ingedeeld van 1 ster (echt heel erg makkelijk, als toerist kun je dit de hele dag doen zonder te vloeken!) tot 5 sterren (tussen iedere kassei ligt genoeg ruimte om liggend te kunnen slapen). Tot aan de beroemdste strook van allemaal, de Trouée d’Arenberg – bij ons bekend als het Bos van Wallers en in deze editie sector 19, zijn alle stroken gecatalogeerd als 3-sterrenstroken behalve één: Haveluy à Wallers, voorafgaand aan het Bos, krijgt 4 sterren toebedeeld.
Het Bos van Wallers doemt dus op. In 1968 getipt door de legendarische renner Jean Stablinski en wat velen niet weten, is dat deze strook helemaal niet Trouée d’Arenberg hoort te heten, maar La Drève des Boules d'Hérin. In het verleden werd het Bos in omgekeerde richting gereden, waardoor ze bergaf liep. Nog gevaarlijker dan nu al het geval is, weten ook Johan Museeuw (gebroken knieschijf in 1998) en Philippe Gaumont (gebroken dijbeen in 2001).
Les Amis de Paris-Roubaix – een groep die de kasseistroken van de Helleklassieker bij houdt in de laatste maanden voor het zover is – zal er alles aan gedaan hebben om de kinderkopjes zo schoon mogelijk te houden, maar verwacht u weer aan bijzonder veel lekke banden, kapotte fietsen en gebroken dromen.
PEVELENBERG
Opdraaien naar links, de brede weg op en zien welke slachtoffers – hopelijk niet letterlijk – er zijn gevallen en door de bomen het bos niet meer zagen. Er volgen dan op veertig kilometer nog zeven stroken met bekende namen als Pont-Gibus en Orchies, vooraleer we na 208 kilometer linksaf slaan en de volgende 5-sterrenmalaise aanvangen: Mons-en-Pévèle. Pevelenberg voor de Nederlandstaligen onder ons.
Een woordgrapje, zo u begrijpt. Er loopt hier niets bergop, of het moet de hartslag van de gemiddelde coureur zijn. Is het Bos een eerste meetpunt, tegen de tijd dat Mons-en-Pévèle achter de rug is, weet 80 procent van het peloton zijn lot voor deze bizarre dag al.
KRUIS EROVER
Het kaf is van het koren gescheiden, de echte oorlogsmisdadigers hebben er nog niet genoeg van en willen hun concurrenten knevelen op nog meer keienkletsers. Na Mons-en-Pévèle volgt met 2 keer 2 sterren en 3 keer 3 sterren een relatief rustig gedeelte van 25 kilometer tot aan het nieuwste ijkpunt. Een drietrapsraket die vrijwel altijd een definitief sausje over dit gerecht uit Hell’s Kitchen verspreidt.
Strook 5 – zijn we eindelijk in de buurt van Roubaix? – draagt de naam Camphin-en-Pévèle. 4 sterren, bijna 2 kilometer en ontzettend zwaar. Een kilometertje rustpauze en dan naar de absolute kraker van de dag: Carrefour de l’Arbre. Linksaf, rechtsaf en nog eens linksaf, dan beuken, rammen, snokken aan het stuur. Een lange rechte lijn langs rijen dik staande supporters – blijf alstublieft van de coureurs af! – voor de bocht naar rechts volgt.
Eindelijk, we zijn er vanaf… Maar nee! 200 meter later, de oversteek is nihil, volgt sector 3 van Gruson. Iets makkelijker, zeker omdat er geen nadarafzettingen zijn en er dus ook langs de kasseien gereden kan worden, om de finale in te luiden.
VAN DE HEL NAAR DE HEMEL
Volgen nog Willems à Hem, legendarisch voor de lekke band van Hennie Kuiper – die nog kon winnen – en hetzelfde lot voor Johan Museeuw die zodoende niet kon spurten voor een vierde kassei, en de verwaarloosbare (enige 1 ster-strook!) Pavés de Roubaix op de Espace Charles Crupelandt.
De verlossing is daar: rechtsaf, flauwe bocht naar links, rechtsaf en dan de piste in Roubaix opdraaien. Voor een solo-winnaar het mooiste wat er is, zij die de Hel van het Noorden in een sprint moeten winnen beleven er nog een bloednerveus moment. Anderhalve ronde op het Vélodroom, of wordt het een Vélonachtmerrie?
DIT ZIJN ALLE KASSEISTROKEN VAN PARIJS-ROUBAIX 2023:
29. Troisvilles à Inchy (na 96,3 kilometer) – 2,2 kilometer lang (3 sterren)
28. Viesly à Quiévy (na 102,8 kilometer) – 1,8 kilometer lang (3 sterren)
27. Quiévy à Saint-Python (na 105,4 kilometer) – 3,7 kilometer lang (3 sterren)
26. Saint-Python (na 110,1 kilometer) – 1,5 kilometer lang (2 sterren)
25. Vertain à Saint-Martin-sur-Écaillon (na 117,2 kilometer) – 2,3 kilometer lang (3 sterren)
24. Verchain-Maugré à Querénaing (na 127,2 kilometer) – 1,6 kilometer lang (3 sterren)
23. Quérenaing à Maing (na 129,9 kilometer) – 2,5 kilometer lang (3 sterren)
22. Maing à Monchaux-sur-Écaillon (na 133 kilometer) – 1,6 kilometer lang (3 sterren)
21. Haspres à Thiant (na 139,6 kilometer) – 1,7 kilometer lang (3 sterren)
20. Haveluy à Wallers (na 153,1 kilometer) – 2,5 kilometer lang (4 sterren)
19. Trouée d’Arenberg (na 161,3 kilometer) – 2,3 kilometer lang (5 sterren)
18. Wallers à Helesmes (Pont-Gibus) (na 167,4 kilometer) – 1,6 kilometer lang (3 sterren)
17. Hornaing à Wandignies (na 174,1 kilometer) – 3,7 kilometer lang (4 sterren)
16. Warlaing à Brillon (na 181,6 kilometer) – 2,4 kilometer lang (3 sterren)
15. Tilloy à Sars-et-Rosières (na 185,1 kilometer) – 2,4 kilometer lang (4 sterren)
14. Beuvry-la-Foret à Orchies (na 191,4 kilometer) – 1,4 kilometer lang (3 sterren)
13. Orchies (na 196,5 kilometer) – 1,7 kilometer lang (3 sterren)
12. Auchy à Bersée (na 202.6 kilometer) – 2,7 kilometer lang (4 sterren)
11. Mons-en-Pévèle (na 208 kilometer) – 3,0 kilometer lang (5 sterren)
10. Mérignies à Avelin (na 214 kilometer) – 0,7 kilometer lang (2 sterren)
9. Pont-Thibault à Ennevelin (na 217,4 kilometer) – 1,4 kilometer lang (3 sterren)
8. Templeuve (l’Épinette) (na 222,8 kilometer) – 0,7 kilometer lang (2 sterren)
7. Cysoing à Bourghelles (na 229,8 kilometer) – 1,3 kilometer lang (3 sterren)
6. Bourghelles à Wannehain (na 232,3 kilometer) – 1,1 kilometer lang (3 sterren)
5. Camphin-en-Pévèle (na 236,7 kilometer) – 1,8 kilometer lang (4 sterren)
4. Carrefour de l’Arbre (na 239,5 kilometer) – 2,1 kilometer lang (5 sterren)
3. Gruson (na 241,8 kilometer) – 1,1 kilometer lang (2 sterren)
2. Willems à Hem (na 248,4 kilometer) – 1,4 kilometer lang (2 sterren)
1. Pavés de Roubaix (Espace Charles Crupelandt) (na 255,2 kilometer) – 0,3 kilometer lang (1 ster)
TOTAAL AANTAL KILOMETERS KASSEIEN: 54,5 kilometer