Aanstaande vrijdag gaat met de Giro d'Italia de eerste grote ronde van het seizoen van start. In aanloop naar La Grande Partenza in Boedapest blikt WielerNieuws alvast vooruit op het drie weken durende wielerspektakel. Als laatste nemen we een blik op de landgenoten die van start gaan en wie daarvan de grootste kanshebbers op ritwinst zijn.
Voorlopig is het wielerseizoen een meer dan behoorlijk succes voor de Belgische renners. In de klassiekers speelden onze landgenoten een prominente rol, met enkele fraaie overwinningen als gevolg. En ook in de rittenkoersen was er regelmatig dagsucces. Die lijn mag dus gerust doorgetrokken worden in Italië. Het moet wel gezegd dat de grootste namen uit het Belgische peloton er niet zullen bij zijn in de Giro. Maar met 14 landgenoten aan de start zijn er nog voldoende troeven die ritsucces kunnen opleveren.
SUPER MAURIO
Quick-Step Alpha Vinyl dreigde één van de teleurstellingen van het klassieke voorjaar te worden, tot Remco Evenepoel uitpakte in Luik-Bastenaken-Luik. De Schepdaalnaar zal er evenwel niet bij zijn in de Giro, waar hij vorig jaar vroegtijdig de remmen dichtkneep. Hij zet dit seizoen alles op de Vuelta. Bij gebrek aan een echte klassementsman grijpt de formatie van Patrick Lefevere terug op het gekende recept voor de grote rondes: proberen te scoren met hun sprinter. In dit geval good old Mark Cavendish. Bijgevolg zullen Pieter Serry en Bert Van Lerberghe vooral in dienst moeten rijden.
Maar voor lastigere ritten heeft Quick-Step nog een andere Belgische joker achter de hand. De 22-jarige Mauri Vansevenant zal dit keer niet in dienst van Evenepoel en/of Julian Alaphilipe moeten gaan. Hierdoor krijgt de West-Vlaamse klimmer normaal gezien zijn kans om zelf op zoek te gaan naar dagsucces. Met zijn zege in de GP Industria bewees hij vorig jaar nog dat hij het kan afmaken op Italiaanse wegen. Michel Wuyts is alvast een fan. "Hij kan in deze Giro een paar keer aan zichzelf denken en kan zo zijn immense talent etaleren", zei de wielercommentator bij HLN.
LOT VAN DE LOTTO
Ook bij Lotto-Soudal zal een buitenlandse sprinter centraal staan in de ploegtactiek, zo wordt in de eerste week alles op Caleb Ewan gezet. De kans is echter groot dat de Australiër vroegtijdig afstapt met oog op de Tour, wat in het tweede deel van de Giro kansen geeft aan zijn ploegmaats. Thomas De Gendt liet echter al verstaan dat hij vooral in dienst zal rijden na een verstoorde voorbereiding. Maar mogelijk kan Harm Vanhoucke zijn rol als rittenkaper overnemen. In de twee voorbije jaren was hij al telkens dichtbij een ritzege, op zijn 24ste lijkt de tijd stilaan rijp om helemaal toe te slaan. Debutant Sylvain Moniquet mag altijd voor een verrassing zorgen.
IN DE SCHADUW VAN MATHIEU
Bij Alpecin-Fenix is Mathieu van der Poel logischerwijs de blikvanger. Nog voor het startschot gegeven is wordt het Nederlandse fenomeen al bestempeld als één van de absolute smaakmakers. Tempobeul Senne Leysen zal dus vooral in steun van zijn kopman moeten rijden. Maar in de schaduw van VdP kan Dries De Bondt zich mogelijk wel tonen. De voormalige Belgische kampioen reed vorig seizoen nog een opvallende Ronde van Italië waar hij als vluchter meermaals op zoek ging naar dagsucces en uiteindelijk zelfs de prijs voor de superstrijdlust kreeg.
VLIEGEN WIL VLIEGEN
De vierde Belgische ploeg die aan de start in Boedapest verschijnt, is zonder twijfel de revelatie van het seizoen tot dusver. Intermarché-Wanty-Gobert reed een puik klassiek voorjaar en stapelde de successen op. De ploeg van Hilaire van der Schueren wil op dat elan doorgaan in de Giro en rekent daarvoor vooral op goudhaantje Biniam Girmay. Aimé De Gendt zal dan ook vooral in functie van de Eritreëer moeten rijden. Maar mogelijk kan Loïc Vliegen wel zijn eigen kans gaan in één van de overgangsetappes. De 28-jarige Luikenaar heeft de nodige capaciteiten, maar mist nog die ene grote zege op WorldTour-niveau.
TIJD VOOR THEUNS
Ook bij de buitenlandse ploegen rijden een aantal interessante landgenoten. Edward Theuns bijvoorbeeld, zal bij Trek-Segafredo zijn eigen kans mogen gaan in de sprints. In een uitgedund groepje moet hij zeker in staat zijn om mee te dingen voor de zege. Jenthe Biermans zou in dat geval ook zijn mannetje moeten kunnen staan, maar hij zal vooral in steun van Giacomo Nizzolo rijden. Tot slot wordt het ook uitkijken wat Lawrence Naesen kan tijdens zijn tweede Giro. Ook hij rijdt allicht in dienst, zo nu en dan een uitschieter moet echter ook kunnen.