Komende zaterdag trekken we naar Toscane voor de eerste Italiaanse voorjaarsklassieker van het jaar. Die komt er in de vorm van Strade Bianche, al valt maar af te wachten hoeveel mensen er daadwerkelijk uitkijken naar die wedstrijd.
Flits van regenboog
Want zo lijkt de winnaar van die wedstrijd alweer op voorhand bekend. Sterker nog: de kans dat we met nog 80 kilometer te gaan alweer geen koers meer hebben is bijzonder reeël. Een jammerlijke zaak uiteraard voor de wielerliefhebbers, afgezien van de die hard Pogacar-fans dan. Johan Museeuw heeft al genoeg gezien.
Hij reed zelf enkele stroken en zag een regenboog voorbij flitsen. “Ik heb hem voorbij zien denderen", beaamt De Leeuw van Vlaanderen. “Ik zag hem van ver komen en wilde mezelf in zijn wiel nestelen. Welgeteld twee seconden is me dat gelukt. Het was een strook bergop, van onder tot boven liep hij op de trappers, zonder ploegmaats in de buurt.”
Enkel Pogacar lacht
Voor Museeuw is de voorspelling dan ook duidelijk: niemand gaat deze Pogacar zaterdag iets in de weg kunnen leggen, zo denkt ook Lotto-ploegleider Mario Aerts. “Die nieuwe strook maakt de wedstrijd nog een pak lastiger dan dat ze al was. Er gaat er maar eentje lachen en dat is Tadej.”
Aerts ziet dat er geen tijd meer is voor recuperatie, met de stroken die elkaar nu zonder stukken asfalt opvolgen. “Op het oude parcours gebeurde het vaak dat renners die gelost waren of pech hadden gekend de kans kregen om terug te keren. Nu is er geen plaats meer voor recuperatie.
En dan klinkt er plots kritiek dat Strade Bianche een te selectieve wedstrijd zou zijn geworden. Aerts wil zich daar niet over uitspreken. “Of de wedstrijd nu te lastig is geworden? Pogacar zal neen zeggen, maar of de andere renners daar zo ook over denken, laat ik in het midden.”