Aankomende zaterdag start de derde grote ronde van het jaar: de Vuelta a España. Na een Giro en Tour met loodzwaar parcours, kan de Spaanse rittenkoers natuurlijk niet achter blijven. Wat staat de renners allemaal te wachten?
De start van de laatste grote ronde van het kalenderjaar 2024 vindt buiten de Spaanse landgrenzen plaats. Toch blijven we op het Iberisch schiereiland, want het Portugese Lissabon heeft de eer om de ‘Gran Salida’ te verzorgen.
Met een vlakke tijdrit langs de kust – één voor de mannen met de grote plaat – en twee vlakke etappes wordt geopend, waarna vanaf de vierde rit Spanje wordt aangedaan. Dat meteen met een aankomst bergop, op de Pico Villuercas. Hier won Romain Bardet enkele jaren terug een Vuelta-rit, zij het destijds met een iets andere finish.
Via wat vlakke ritten en overgangsetappes komen we aan in het tweede Vuelta-weekend, waar een rit richting Sierra de Cazorla – waar Esteban Chaves negen jaar terug won – en Granada op het menu staan.
De negende etappe is er sowieso één om van te smullen; onderweg wordt er geopend met de Puerto de El Purche, ook wel bekend als de Alto de Monachil. Daarna dient niet één, maar twee keer de enorm steile Alto de Hazallanas te worden beklommen. De finish ligt na de afdaling van die beklimming, al moeten er nog enkele vlakkere kilometers richting Granada verreden worden.
Loodzware tweede week
Na de eerste rustdag zijn de renners weer terug in het noorden, helemaal in Galicië. Twee overgangsritten worden gevolgd door vier bergetappes. Inderdaad, u leest het goed. De eerste richting het skistation van Manzaneda is nog de minst pittige van alle ritten.
Een dag later richting de Puerto de Ancares – waar in het verleden Joaquím Rodríguez en Alberto Contador bijvoorbeeld wonnen – is het al veel zwaarder. De veertiende rit richting Villablino lijkt er dan weer één voor de meer aanvallend ingestelde klimmer.
Het slot van de tweede week is gigantisch zwaar. Eerst wordt er in de finale geklommen richting Valgrande-Pajares, om de doorsteek te maken naar de Cuitu Negru. Daar won Thomas De Gendt in 2012 bijna een etappe, enkel Dario Cataldo troefde hem af.
Slot tegen de klok
Daags na de tweede rustdag is het weer van dat. Een aankomst bergop, op de mythische beklimming richting de meren van Covadonga. Inderdaad, Lagos de Covadonga staat toch in ieders Vuelta-geheugen gegrift.
Een vlakke etappe richting Santander en een overgangsrit luiden het slotweekend in. Daarin twee aankomsten bergop. De eerste ligt op de Alto de Moncalvillo, waar Primoz Roglic in 2020 won. De dag erop volgt de allerzwaarste bergrit van deze Vuelta, met aankomst op Picón Blanco.
Een kale beklimming met een wijds uitgestrekt landschap, waar grote verschillen kunnen volgen – weten we al uit de Ronde van Burgos. Mocht het échte verschil dan nog niet gemaakt zijn, kan er op de slotdag in een 25 kilometer tellende klokproef richting Madrid nog het nodige gedaan worden.
🇵🇹From Lisbon to Madrid🏙️ Are you ready for what is coming? 🚴🏻⛰️💪🏼
— La Vuelta (@lavuelta) August 13, 2024
🇵🇹De Lisboa a Madrid🏙️ ¿Estás preparado para lo que viene? 🚴🏻⛰️💪🏼
📆 17/08 – 08/09
❤️🔜 #LaVuelta24 pic.twitter.com/3affV528uz