Vooralsnog hield Mathieu van der Poel zich behoorlijk gedeisd in de Tirreno-Adriatico, maar daar zou op woensdag weleens verandering in kunnen komen. Er wacht hem een etappe op maat, niet in het minst omdat er maar liefst 240 kilometer moeten worden afgewerkt.
Kans op dagzege
Al moet de Nederlander dan wel de klim in de slotfase van de rit zien te overleven. 18 kilometer aan 3 procent gemiddeld, dat zou echter wel moeten lukken, zo denkt hij ook zelf. “Het is moeilijk in te schatten want dat weet je pas als je zelf in de koers zit. Maar normaal gezien moet ik het kunnen overleven”, stelde hij voor de rit tegenover de aanwezige pers.
Daarnaast moeten ook de weersomstandigheden in acht worden genomen, al geldt dat uiteraard voor iedereen. Er wordt immers de nodige regen voorspeld. “Daar heb ik niet echt schrik van, maar we hebben het uiteraard wel liever droog en een zonnetje erbij. Voorlopig lijkt het wel mee te vallen, maar we zijn er op voorzien.”
Hoe Van der Poel het zal gaan aanpakken wou hij uiteraard nog niet verklappen, maar meegaan in de vlucht is blijkbaar zeker geen optie. “Nee, vandaag niet. Daarvoor gaat het iets te gecontroleerd zijn. Dan pas het in andere ritten beter. Maar het kan altijd natuurlijk”, bleef Van der Poel toch nog wat mysterieus.
Onbedoelde stunt
En dan moest er uiteraard ook nog even gesproken worden over zijn tovertruc van dinsdag. Meesprinten ging Van der Poel niet doen, maar hij eindigde uiteindelijk nog wel 20ste. Dat ondanks het feit dat hij niet veel daarvoor nog helemaal achteraan in het peloton bengelde. “Dat was niet bewust. Ik denk gewoon de goede kant gekozen en de slipstream gevolgd”, lacht hij.
Maar we onthouden dus: Van der Poel wil woensdag meestrijden om de zege. Ook later deze week krijgt de ex-wereldkampioen daar evenwel nog kansen voor. Het vat leegrijden zoals in de editie van 2021 – met ook Wout van Aert in het deelnemersveld – zal echter niet meer gebeuren. “Daar heb ik toen mijn beste benen voor het voorjaar vergooid, maar dat gold niet alleen voor mij.”