Mathieu Heijboer kijkt met vertrouwen naar het voorjaar van 2025. Als trainer van Wout van Aert hoopt hij dat zijn renner eindelijk die felbegeerde overwinning in de Ronde van Vlaanderen of Parijs-Roubaix kan binnenhalen. De aanpak? Vrijwel dezelfde als vorig jaar, maar dit keer hopelijk zonder pech.
Van Aert begint zijn seizoen opnieuw in de Clásica Jaén, gevolgd door de Volta ao Algarve, Omloop Het Nieuwsblad en Kuurne-Brussel-Kuurne. Daarna kiest hij, samen met Heijboer, voor een hoogtestage, waardoor hij wederom Strade Bianche en Milaan-Sanremo overslaat. De bedoeling is om via de E3 Saxo Classic op topniveau te zijn voor zijn twee hoofddoelen: de Ronde van Vlaanderen en Parijs-Roubaix.
Goede samenwerking
Volgens Heijboer verloopt de samenwerking met Van Aert goed, ondanks een lastig eerste jaar samen. In 2024 nam hij het stokje over van Marc Lamberts, die naar Red Bull-BORA-hansgrohe vertrok. "Het was een moeilijk jaar, maar we hebben samen een goede basis gelegd," vertelt Heijboer. “Wout voelde zich sterk richting het voorjaar. Daarom kiezen we opnieuw voor dezelfde aanpak. Vorig jaar leek het erop dat we echt de juiste snaar geraakt hadden. Helaas kon hij het niet laten zien.”
Die teleurstelling had alles te maken met de zware valpartij van Van Aert in Dwars door Vlaanderen, waardoor zijn voorjaarsklassiekers in één klap voorbij waren. "Ik was graag naar Herentals gereden om iets groots te vieren," zegt Heijboer, “maar beide keren dat ik er vorig jaar was, ging het om zijn blessures.”
In de Vuelta a España hervond Van Aert zijn vorm, maar opnieuw sloeg het noodlot toe met een valpartij. "Daarna merkte ik meer gelatenheid bij Wout," vertelt Heijboer. “Het seizoen was voorbij, en de druk om snel te revalideren viel weg.”
Mentale strijd naast fysieke arbeid
Tijdens zijn tweede herstelperiode zag Heijboer hoe zwaar het revalidatieproces voor Van Aert was. “In het begin revalideerde hij vooral uit plichtsbesef. Omdat zijn knie volledig moest genezen, mocht hij lange tijd niets doen. De passie en het perspectief kwamen pas langzaam terug, richting eind oktober.”
Heijboer benadrukt dat wielervolgers vaak onderschatten hoe zwaar revalideren is. “Mensen zeggen weleens dat een blessure een kans kan zijn om fysiek sterker terug te komen, maar revalideren is geen rust. Het is keihard werken, fysiek én mentaal. Wout en onze andere renners krijgen maximale steun, maar het blijft een eenzaam proces.”
Volgens Heijboer is mentale begeleiding in zo’n periode cruciaal. “Voor Wout en Jonas Vingegaard voelde de revalidatieperiode als een grote ronde op zichzelf. Je referentie ligt hoog, maar de vooruitgang komt langzaam. Juist daarom is het begeleiden van dat mentale proces zo belangrijk.”
Met die ervaring én een jaar samenwerking achter de rug, is Heijboer overtuigd dat Van Aert in 2025 kan oogsten. Dit keer hopelijk zonder pech, en mét de overwinning waar ze samen zo hard voor werken.