Daags na het Grande Partenza in de regio Piemonte krijgen we al een eerste aankomst bergop. Wie treedt in de voetsporen van onder meer Marco Pantani en Tom Dumoulin?
De eerste rit in de Giro is een feit. In de straten van Torino was Jhonatan Narváez aan het feest, de vraag is wie op zondag de beste zal zijn wanneer het Italiaanse peloton een eerste aankomst boven te verduren krijgt.
De start
In San Francesco al Campo zal het startsein gegeven worden van de tweede rit in deze Giro d’Italia. Het is een kleine gemeente die vooral bekend is vanwege de ligging van het vliegveld van Turijn aan de rand van deze commune.
De gemeente vormt het kruispunt tussen de rand van het stedelijke gebied van Turijn en de vlaktes en valleien die ten noorden van deze stad het decor vormen. Bekend om haar landbouw is San Francesco al Campo vooral een baken van rust voor hen die aan de drukte van de stad willen ontkomen.
Wie denkt dat deze plaats helemaal niets met de wielersport heeft, zit mis. Sinds 1996 ligt hier het Velodromo Francone, een wielerpiste die belangrijk is voor de koers in het noordwesten van Italië. Deze baan is het referentiepunt voor de baanploegen die uit het noorden van Italië komen.
De aankomst
Het Santuario di Oropa doet bij de wielerliefhebber al heel wat meer bellen rinkelen dan de startplaats op dag twee. Het heiligdom bovenop deze puist in het regionale natuurpark was in het verleden al meer dan eens aankomstplaats in de Giro.
Het is zelfs zo dat de Sacro Monte di Oropa, zoals deze berg heet, onderdeel is van de werelderfgoedlijst van UNESCO. Wat wil je ook: als een legende zoals Marco Pantani hier aan de voet in Biella pech kende, vervolgens de tegenstand één voor één opvrat om alsnog als eerste boven te komen, zouden wij deze berg ook gerust in het Louvre durven hangen.
Voor de eerste keer lag hier de streep getrokken in 1963, toen Vito Taccone won. Later waren ook Massimo Ghirotto, zoals hierboven genoemd Pantani, Marzio Bruseghin (in een klimtijdrit) en Enrico Battaglin succesvol.
De laatste keer dat de Giro Oropa aandeed als aankomstplaats, was alweer zeven jaar geleden. Het lijkt als de dag van gisteren dat Tom Dumoulin in de roze trui niet kon antwoorden op een aanval van Nairo Quintana, om vervolgens de Colombiaan in te rekenen, tegelijkertijd een aantal favorieten op achterstand te rijden en aan het slot Ilnur Zakarin te counteren in de sprint.
De route
De openingsetappe telt slechts 140 kilometer, de tweede rit krijgt er een twintigtal meer. Inderdaad, nog steeds zijn dit geen monsteretappes, wellicht doet de Giro-organisatie daar renners (en staff) een deugd mee.
Hoewel het hier gaat om een aankomst bergop, zal de aanloop van de rit misschien wel razend zijn. De eerste kleine 100 kilometer tot aan de tussensprint in Valdengo (na 94 kilometer) lopen namelijk nagenoeg vlak. Vanaf de tussensprint zal het ietwat bergop lopen.
De Intergiro-sprint in Crocemosso ligt getrokken na een beklimming van een viertal kilometer en zal dus interessant worden. Vervolgens komen we al snel aan in de volle finale.
In de laatste veertig kilometer wachten namelijk nog de beklimmingen richting Oasi Zegna en Nelva, om vervolgens af te dalen naar Biella. Daar ligt de laatste tussensprint, maar belangrijker nog: Biella is de voet van de slotklim richting Oropa.
Dit is zeker niet de lastigste beklimming van de Giro en na wat lastige stroken tussen Pralungo en Favaro volgt de weg door de bossen richting het reeds genoemde heiligdom. Op een tweetal kilometer van de meet volgt de steilste strook aan 14 procent en daarna is het even herbronnen in de voorlaatste kilometer, vooraleer de finish volgt op de befaamde kasseitjes in Oropa.
De favoriet
Het is de tweede etappe, maar het lijkt al een beetje saai te worden: Tadej Pogacar is ook op zondag de te kloppen man in dit Giro-peloton. De Sloveen is nou eenmaal na Jonas Vingegaard de beste renner ter wereld op lange beklimmingen én koppelt dit bovendien aan een gigantische dosis explosiviteit.
Om van hem te winnen op een dergelijke aankomst moet je dus van Pogacar af zien te geraken. Dat zal naar alle waarschijnlijkheid nooit op brute kracht gebeuren, maar via de tactische weg is er een en ander mogelijk.
Het is namelijk geen sinecure voor de ploeg van de Sloveen om drie weken lang elke dag, elke kilometer alles onder controle te houden. Wie weet heeft Pogacar daar ook helemaal geen oren naar en krijgen we een chaotische koers richting Oropa. Een mens mag hopen.
De outsiders
Wie wil zegevieren in Oropa, zal een goed stel klimmersbenen vermoedelijk moeten koppelen aan de nodige explosiviteit. Hij mag dan deze Giro 38 jaar worden, toch vermoeden we dat Geraint Thomas een goede gooi kan gaan doen naar ritwinst.
De meest explosieve – na onze grootheid Pogacar – in dit peloton bergop moet vermoedelijk Daniel Felipe Martínez zijn. De Colombiaan heeft op deze aankomst normaal gesproken een streepje voor op de pure klimmers als Romain Bardet en Ben O’Connor.
Als we het scenario van Pogacar die rustig aan wil doen en de kat uit de boom wil kijken – waar hij bepaald niet om bekend staat – aan bod laten komen, zien we gelijk andere kanshebbers verschijnen. Thymen Arensman, Alexey Lutsenko, Florian Lipowitz, Esteban Chaves, Michael Woods, Nairo Quintana, Eddie Dunbar, Luke Plapp, Attila Valter, Michael Storer, Giulio Pellizzari en Antonio Tiberi: de lijst met mogelijke ritwinnaars wanneer ‘Pogi’ zich niet volledig inzet voor winst is groot te noemen.
De sterren
Dat zorgt voor de volgende sterrenverdeling:
****
Tadej Pogacar
***
Daniel Felipe Martínez & Geraint Thomas
**
Ben O’Connor, Giulio Pellizzari & Cian Uijtdebroeks
*
Romain Bardet, Eddie Dunbar, Einer Rubio & Attila Valter
De televisie
De volledige Giro d’Italia is van de eerste tot de laatste kilometer live te volgen via Eurosport en Discovery+. Vanaf 12:45 uur gaat men daar live met het commentaarduo Jeroen Vanbelleghem en Karsten Kroon.
Daarnaast kan men op VTM inschakelen voor de Giro, waar Michel Wuyts en Jan Bakelants het commentaar zullen verzorgen.
Viva il Giro, geniet van de koers!