Milaan-Sanremo is een prooi geworden voor Mathieu van der Poel. De Nederlander had een fantastische versnelling in de benen op de Poggio en liet zijn medevluchters achter. Daarbij ook Tadej Pogacar.
De Sloveen werd vooraf omschreven als misschien wel de grootste favoriet voor de zege in Italië, maar werd uiteindelijk vierde. Daar kon hij wel mee leven. Pogacar had bij Sporza lof voor ploegmaat Tim Wellens. "Ik heb geen spijt van mijn wedstrijd. Ik had een doel vandaag en dat was aanvallen na de beurt van Wellens. Tim deed zijn job perfect vandaag. Ik bedank hem enorm dat hij die aanval mee opzette op het eind van de Poggio."
Pogacar had zelf de benen niet. "Ik was niet sterk genoeg om solo te gaan. Toen we met z'n vieren zaten en Van der Poel aanging, kon ik niet volgen. Hij was te sterk. Aan de finish was ik dood", klonk het.
"Ik heb nergens spijt van, ik wist dat het zwaar ging worden", voegde Pogacar er nog aan toe. "Ik wist vooraf al dat het moeilijk zou worden voor mij om te winnen. Ik hoop de komende jaren wel in deze koers te scoren."