Komende zondag staat de opener van de Wereldbeker op het programma in Antwerpen. Bij de UCI vrezen ze nog steeds dat heel wat crossers opzettelijk wereldbekerwedstrijden zullen overslaan en dus wordt er opnieuw gedreigd met sancties.
Nieuw concept
De Wereldbeker ziet er dit seizoen weer anders uit. In plaats van veertien etappes werden er maar twaalf wedstrijden georganiseerd en een verplaatsing naar de Verenigde Staten werd geschrapt. De reden? De reis was gewoonweg té duur voor de meeste teams.
De twaalf wedstrijden worden ook dichter bij mekaar georganiseerd. Zo wordt er dit weekend, op 24 november, al gestart in Antwerpen. 26 januari wordt dan weer de laatste wedstrijd in de Wereldbeker verreden. Er zullen vier crossen doorgaan in het buitenland: Dublin, Sardinië, Besançon en Benidorm krijgen immers een beschermde status.
Compact
Kunnen renners opnieuw een sanctie verwachten als ze eens een Wereldbekermanche overslaan? Peter Van den Abeele, UCI Sports Director, geeft uitleg bij Het Nieuwsblad. "We willen inderdaad de renners meer betrekken bij de UCI Wereldbeker en ze aanzetten om deel te nemen aan de manches."
"En dus hebben we ervoor gekozen, in overleg met de rechtenhouder van de UCI Wereldbeker Flanders Classics, om dit jaar enerzijds minder manches te organiseren en anderzijds de periode waarin de manches zich afspelen, te verkorten. Om zo tot een compactere Wereldbeker te komen.”
Harde maatregelen
"Als we zien dat de trend zich verderzet en er met die regel gespeeld wordt, dan kunnen we het nog harder spelen en kijken of we nog hardere maatregelen kunnen nemen", ging Van den Abeele verder. Ter verduidelijking, de straffen zouden betrekking hebben op fulltime crossers. Een Wout van Aert of Mathieu van der Poel die maar enkele veldritwedstrijden meerijden, zouden dus niet gestraft worden.
"Maar in alle eerlijkheid: ik denk niet dat dat nodig zal zijn. Ik denk dat de puzzel die er nu ligt er een is waar iedereen zich in kan vinden. Bij mij gaat het er echt niet in dat je als fulltime crosser niet alles zou rijden. Ik vind dat heel moeilijk om te aanvaarden.”