Johan Museeuw heeft tijdens zijn indrukwekkende wielercarrière veel hoogtepunten gekend, maar ook minder mooie momenten meegemaakt.
Zijn moeilijkste moment beleefde hij tijdens de vijftiende etappe in de Ronde van Frankrijk van 1995. Museeuw kwam toen samen met Fabio Casartelli ten val in de afdaling van Col de Portet d’Aspet. Museeuw kon snel zijn weer rechtstaan en zijn weg verder zetten, maar Casartelli bleef roerloos liggen. Enkele uren later bezweek de Italiaan in het ziekenhuis aan zijn verwondingen. Hij werd 24.
Museeuw praatte in de podcast 'Gravel goeroes' openhartig over het overlijden van Casartelli. "We reden samen naar beneden in een afdaling", begint hij. "We reden ook niet à bloc of te snel. Of het een gevaarlijke afdaling was? Het zijn de renners die het gevaarlijk maken. Als ze op een verantwoorde manier naar beneden is het niet gevaarlijk. Je moet gewoon minder risico's nemen."
"We reden achter elkaar en ik reed zelfs zonder helm”, gaat Museeuw verder. “Toen was het dragen van een helm nog niet verplicht. En plots slaan we weg naar de rechterkant tegen betonnen blokjes. Ik was een paar seconden versufd. Ik zag onmiddellijk bloed uit zijn oren komen. Ik lag in het bloed van Fabio. Ik neem hem nog vast en ik zeg ‘Fabio, Fabio’, maar hij bewoog al niet meer.”
Hartmassage
"De arts kwam er bij en nam onmiddellijk zijn pols. Na het nemen van de pols kreeg Fabio een infuus en zijn ze beginnen hartmassage toedienen. Ik lag daar nog even en ben dan uiteindelijk vertrokken. Dat ging moeizaam. De volgwagen is bij me gebleven en ik ben wat aan die auto blijven hangen. Ik probeerde de motivatie te vinden om verder te gaan en de finish te bereiken.”
“Ik kom over de streep gereden en Dirk Nachtergaele staat daar met een handdoek en een bidon klaar. Terwijl ik naar hem rijd zie ik links Richard Virenque op het podium met bloemen zwaaien. Ik vraag aan Dirk hoe het met Fabio gaat. "Hij is dood", antwoordt Dirk.
Vreugde & verdriet
"Dus ik kijk naar links en ik zie vreugde en ik zie voor mij Dirk die zegt ‘hij is dood’. Op zo’n moment snap je de wereld niet meer. Een podiumhuldiging terwijl er iemand tijdens de koers is overleden, dat doe je niet. Op dat moment besefte ik: er kan veel gebeuren waar we niets kunnen aan doen.”
"Ik ga het beeld nooit vergeten dat ik hem bij me zie liggen in het bloed. Ik heb geluk gehad. Waarom ik wel en hij niet? Dat weet ik niet. En waarom neemt de organisatie niet de beslissing om geen podiumceremonie te doen uit respect voor wat er gebeurd is? De volgende dag hebben de renners zélf beslist dat ze niet gingen koersen. Het was een lange etappe naar Pau in 45°C. Ik heb hard afgezien.”
Life goes on
"Maar de volgende dag begint het Tourcircus terug. De vlag gaat weer naar beneden, honderd renners willen demarreren. ‘Life goes on’, besef je dan. En shit happens sometimes. Het is zoals het is.”