Het is december en dus is het tijd om lekker terug te gaan blikken op het wielerjaar 2022. We gaan stilaan richting einde seizoen, maar uiteraard niet vooraleer we La Vuelta zijn gepasseerd. Al zeker dit jaar niet, want we weten allemaal wat Remco Evenepoel daar allemaal heeft klaargespeeld.
In het vorige deel hadden we de eerste week - met start in Nederland en het begin van de heerschappij van kleine Remco - al besproken. Daarin werd ook stiekem verteld dat Jay Vine rit 8 won en de kopman van Quick-Step daar nog geen barstjes in zijn vormpeil vertoonde. Dit bleef ook zo daags voor de tweede rustdag, toen vluchter Louis Meintjes op de ultrasteile beklimming richting Les Praeres zegevierde, terwijl bij de favorieten de tandem Evenepoel-Enric Mas bleef bestaan. Daar zou weldra verandering in komen.
DE AEROKOGEL
Na de Día de Descanso - zoals dat in Spanje zo romantisch genoemd wordt - was het namelijk totaal geen rust in rit 10. Een klokproef tussen Elche en Alicante was het strijdtoneel. In Alicante kon het niet alle kanten op, in tegenstelling tot andere jaren. Er was maar één man het middelpunt van alle belangstelling: Evenepoel reed de tegenstand compleet aan frieten.
Zijn hegemonie werd ook niet doorbroken in rit 11 (gewonnen door Kaden Groves), maar kreeg een dag later toch een klein tikje. In een afdaling op weg naar de slotklim (de Alto de Peñas Blancas, waar Richard Carapaz de ritzege zou pakken) kwam de rode trui schlemielig ten val. Hoewel op de dag zelf nog geen terugslag te zien zou zijn, kwam deze daags na de door Mads Pedersen gewonnen dertiende rit wel tot uiting.
Op Sierra de la Pandera ging namelijk Primoz Roglic, tot dan toe tweede in het klassement op bijna drie minuten, zeldzaam in de aanval. We kenden de Sloveen namelijk van ultraverdedigend koersen en à la Purito in de laatste vijfhonderd meter versnellen, nu moest hij zelf in de aanval vanwege zijn achterstand. Rogla bestormde het Vlaamse bastion en met succes; Evenepoel moest een kleine minuut toegeven. Opnieuw was Carapaz de laureaat.
DE VAL VAN ROGLIC
Een dag later op de klim naar Sierra Nevada - weliswaar op hoge hoogte, maar na de aanvang op de Alto de Hazallanas viel het enorm mee - was het opnieuw niet foutloos wat Evenepoel liet zien. Hij kon de schade beperken (15 seconden op Roglic, 36 tellen op Mas) en ging met anderhalve minuut voorgift op de Sloveen en twee minuten op de Spanjaard de laatste rustdag in. Tijd om even rustig te verpozen en aan de laatste - een zeer gunstig parcours kennende - 'berg'ritten te denken.
De Vuelta-organisatie had namelijk een parcours neergelegd dat geen traditioneel grote rondespektakel kon bieden in de laatste dagen. Dus moest Roglic het overal zoeken. Terwijl Evenepoel lek stond - en binnen de laatste 3 kilometer gewag maakte van dit euvel zodat hij geen tijd verloor - viel de ex-schansspringer aan op het venijnige slotklimmetje naar Tomares. Hij reed in de sprint echter zelf tegen het achterwiel van zijn voorganger Fred Wright aan. Dat Pedersen zijn tweede ritwinst boekte, kon helemaal niemand interesseren. De Sloveen die als grootste uitdager van Evenepoel gold had zichzelf uitgeschakeld door een stommiteit. Resultaat: opgave Roglic.
ONGENAAKBAAR
Dus hoefde de Kannibaal van Schepdaal in de jacht op zijn eerste winst in een grote ronde enkel nog maar rekening te houden met Mas. De kopman van Movistar stond sowieso niet bekend om enige aanvallende ingesteldheid, dus veel te vrezen had de 22-jarige kopman van Quick-Step Alpha Vinyl niet. Mits hij geen slechte dagen zou kennen natuurlijk. In het vervolg bleek Evenepoel echter onklopbaar.
Nadat richting het Monasterio de Tentudía een fabelachtige strijd om ritwinst - met Rigoberto Urán als winnaar - had plaatsgevonden, was bij de favorieten de rode trui de beste. Een dag later op de Alto del Piornal probeerde Mas zelfs een aantal keer aan te vallen - het was bijna ongezien - maar beantwoordde Evenepoel eenvoudig. De Spanjaard reed vervolgens zijn oud-ploeggenoot naar een tweede ritwinst; hij trok de sprint aan en haalde koploper Robert Gesink bij, maar de kleine allrounder snoepte de etappezege weg.
Het was dan eigenlijk wel gedaan. Want in rit 19 (Pedersen sprintte naar winst) en rit 20 waren de bergen zo tam, dat de aura van onoverwinnelijkheid van Evenepoel enkel maar groter werd. Carapaz mocht nog eens - zijn derde in totaal dus - de handen in de lucht steken in de voorlaatste etappe, waarna op de slotdag in Madrid traditiegetrouw werd gesprint. Juan Sebastián Molano trok de spurt aan voor UAE-ploeggenoot Pascal Ackermann, maar ging te rap. Hij won daardoor zelf.
Het ging in Madrid natuurlijk helemaal niet om de ritwinnaar, maar om Remco Evenepoel. Voor het eerst in 44 jaar had België weer een winnaar in een grote ronde geproduceerd. Destijds won Johan De Muynck de Giro d'Italia, nu breidde Evenepoel een verlengstuk aan zijn al imposante, nog korte, loopbaan door na een Monument in hetzelfde jaar een grote ronde te winnen. En we weten allemaal dat het daar niet bij zou blijven...
CANADESE AANLOOP
In het volgende deel van het Jaaroverzicht, dat morgen om 12.00 uur verschijnt, trekken we naar Canada. Daar was het namelijk begin september weer eens tijd voor de Grands Prix Cycliste de Québec en Montréal. Onder meer WK-favorieten Wout van Aert en Tadej Pogacar zouden daar starten. Hoe dat allemaal ging? Daarvoor zien we u graag morgen terug!