Voor Mathieu van der Poel werd het alweer een perfect rapport in de cross deze winter. Zeer leuk voor hemzelf en zijn fans natuurlijk, voor de tegenstand mogelijk toch iets minder. Al zeker omdat er tegen de Nederlander werkelijk niet in de te brengen valt. Enkele van zijn concullega’s zijn dan ook eerlijk.
Seizoen anders indelen
Want hoewel iedereen – of daar gaan we dan toch van uit – heel erg hard opkijkt naar de zevenvoudige wereldkampioen, zorgt hij er natuurlijk voor dat er bij zijn aanwezigheid al bijna niet meer voor de dagzege kan worden gestreden. “Hoe het nu is, met Mathieu die een tiental crossen rijdt, vind ik het plezant”, verwoordt ploegmakker Niels Vandeputte het.
“Het is mooi om in de kerstperiode met Mathieu op het podium te staan en het zou natuurlijk ook oké zijn mocht hij een volledig veldritseizoen afwerken, maar het is toch leuk dat we nu zelf nog eens voor de overwinning kunnen strijden”, moest die eerlijk toegeven na afgelopen weekend.
Iets wat Eli Iserbyt volledig weet te beamen. De andere crossers leggen de focus echt meer op de momenten wanneer er geen sprake is van Van der Poel (en Van Aert). “Je weet dat, door de seizoensindeling van die mannen, het begin en het einde van het seizoen heel belangrijk zijn voor ons.”
Eigen kansen
Voor Joris Nieuwenhuis was het sowieso lang wachten vooraleer hij deftig in actie kon komen. De Nederlander reed een sterk WK, maar door de aanwezigheid van Van der Poel was dat voor hem toch niet het belangrijkste: “Als ik heel eerlijk ben: ik heb meer uitgekeken naar deze crossen dan naar het WK. Hier weet je – in tegenstelling tot op het WK – dat je kan winnen”, klonk het immers.
Ook Vandeputte kan zich nog even laten gaan, al is dat voor hem een nieuw gegeven. “Wat ook meespeelt: het is voor mij nog maar het eerste seizoen dat ik mij na het WK volledig kan toeleggen op de cross. De voorbije twee jaar was ik nog aan het studeren en begon de week na het WK telkens mijn stage van een tiental weken.”