Eli Iserbyt kampt al twee jaar met lastige zenuwpijn in de linkerbil. Desondanks duikt de West-Vlaming week na week het veld in om zich te meten met de beste veldrijders ter wereld. Maar een oplossing voor zijn probleem lijkt in zicht.
Ondraaglijke pijn
Iserbyt zal komende zondag een gooi doen naar een medaille op het WK veldrijden in het Franse Liévin. Een loodzware opdracht als je kijkt naar het deelnemersveld. Als hij wil stunten, zal een pijnvrij lichaam noodzakelijk zijn. En laat dat nu juist het grote probleem zijn van Iserbyt dit seizoen.
"Soms is de pijn tijdens de wedstrijd ondraaglijk, zoals dat in Namen het geval was. Maar een operatie brengt een zware revalidatie met zich mee. En er is maar 50% slaagkans. Dat risico wil ik nu niet nemen", vertelde Iserbyt vorig jaar aan Sporza over een eventuele ingreep.
De voormalige Belgisch kampioen kende een wisselvallig seizoen. Rust nemen staat niet in z'n woordenboek, waardoor hij zijn lichaam soms te ver pushte. "Als je naar mijn goeie prestaties kijkt in Baal (1e), Gullegem (2e) en Benidorm (2e), zou het jammer geweest zijn als ik een rustperiode had ingelast in januari."
Licht aan het eind van de tunnel
Na dit crossseizoen zal de West-Vlaming het probleem grondig aanpakken. "Na het seizoen staan grondige scans gepland van mijn zenuwen, bloedvaten, wervels en botten. Dat zal zeker uitsluitsel geven", vertelt hij hoopvol.
"Als we weten wat het verdict is, kunnen we schakelen en een oplossing zoeken", besloot Iserbyt. Het is echter nog maar de vraag of hij zondag zal kunnen meestrijden voor een eremetaal. Of cijfert hij zichzelf helemaal weg voor Wout van Aert en Thibau Nys?