Zondag staat het WK tijdrijden op het programma in het Zwitserse Zürich. Remco Evenepoel is na de Olympische Spelen dé topfavoriet om aan de haal te gaan met de regenboogtrui. Maar het koersen tegen de klok was niet altijd zijn forte.
In een gesprek met Sporza blikte voormalig trainer Fred Vandervennet terug op de beginperiode van de 'aerokogel van Schepdaal'. In 2017 maakte Evenepoel, toen amper 17 jaar, de overstap van het voetbal naar het wielrennen. Het Brabants kampioenschap tijdrijden voor junioren was zijn eerste kennismaking met de discipline.
Ik moet winnen
"Op het BK tijdrijden was hij de enige die niet met een tijdritfiets aan de start stond. Maar zoals altijd had Remco die dag maar één ambitie: winnen", herinnert Vandervennet zich nog. "Remco startte ergens midden in het pak en probeerde zich meteen in zijn meest aerodynamische positie te leggen."
Maar zijn eerste chronotest liep niet van een leien dakje. "Tot twee keer toe miste Remco zijn bocht en kwam hij in het gras terecht, omdat hij gewoonweg te snel reed." Evenepoel werd uiteindelijk tiende op 43 seconden van winnaar Arne Marit.
Geen risico's nemen
Evenepoel had op dat moment nog geen ploeg, maar moest niet lang wachten op een aanbieding. "Die dag zelf kwam Evenepoel tot een akkoord met Patrick Verschueren, ploegleider van het Forte Young Cycling Team. Verschueren was onder de indruk dat Evenepoel op een gewone koersfiets zo'n goed resultaat had neergezet tussen al die mannen met tijdritfiets. Verschueren wou het risico nemen en zou het zich niet beklagen."
In 2024 is Evenepoel uitgegroeid tot misschien wel de beste tijdrijder ter wereld. Zondag weten we of hij na het behalen olympisch goud ook het wereldkampioenschap voor een tweede keer kan winnen.