Het is december en dus is het tijd om lekker terug te gaan blikken op het wielerjaar 2022. De koers waar het allemaal om draait is daar. La Grande Boucle, de Tour de France. Drie weken lang nervositeit, koersen op het allerhoogste niveau en met de beste renners. De eerste week zou een Belgisch feestje worden...
De Tour was inmiddels gezwicht voor het grote geld. Aanvankelijk zou de Franse rittenkoers in 2021 starten in Kopenhagen, de hoofdstad van Denemarken. De coronapandemie gooide echter roet in het eten. Een geluk bij een Deens ongeluk, want in de Ronde van Frankrijk van 2021 stond ineens een Deense verrassing op: Jonas Vingegaard had al wel eerder laten zien een redelijke klimmer te zijn en op punchy aankomsten zijn ding te kunnen doen, maar tijdens de Tour van 2021 werd hij na het wegvallen van kopman Primoz Roglic naar voren geschoven als nieuwe kopman en bleek hij een absolute topklimmer te zijn.
Kopenhagen verwelkomde dus niet alleen de winnaar van de Ronde van Vlaanderen van 2021 Kasper Asgreen als trekpleister, maar de pleinen stroomden vooral helemaal vol voor Vingegaard. Tijdens het Critérium du Dauphiné liet de Deen zien goed in vorm te zijn; bergop moest hij met de handrem erop koersen, om zo Roglic tevreden te houden en de Sloveen naar de eindzege te loodsen. In de Tour zouden ze als gedeeld kopman starten. Ze namen het op tegen het Sloveense monster Tadej Pogacar. Pogi, die uit verveling de grootste koersen ter wereld won met solo's van 50 kilometer lang, dat soort werk.
WEST-VLAAMSE VERRASSING
De openingstijdrit in Kopenhagen werd er eentje om nooit meer te vergeten. Terwijl de eerste renners van start gingen, begon het flink te regenen. Een deel van de favorieten startte vroeg om zo te voorkomen in de slechtst mogelijke weersomstandigheden te rijden. Mathieu van der Poel was zo'n favoriet. De Nederlandse alleskunner zette een tijd van 15 minuten en 30 seconden op de tabellen. Lang kwam er niemand aan zijn tijd, tot Filippo Ganna (wereldkampioen tijdrijden) en Wout van Aert het asfalt betraden. De Italiaan ging 3 tellen sneller dan MvdP, onze landgenoot deed daar nog eens 5 seconden af.
Pogacar nestelde zich tussen de twee tijdritkanonnen, maar de allergrootste verrassing moest dan nog komen. En hij kwam uit West-Vlaanderen. Yves Lampaert ging flink tekeer in Denemarken en in het split screen was goed te zien hoezeer Van Aert onder de indruk was van het feit dat Lampie vijf seconden sneller was dan hij. Voor de West-Vlaming was het dan nog even billen knijpen op het moment dat een andere renner van Jumbo-Visma - Christophe Laporte - onderweg was. De Fransman was aanzienlijk sneller dan de rest, maar ging onderweg onderuit en zag zijn kansen op de gele trui in rook opgaan. De eerste Maillot Jaune van de Tour van 2022 was voor Yves Lampaert. Jawadde.
LANG VERHAAL
Dan kwamen er twee absolute sprintersritten in het vlakke Deense land. Ja, er was dan wel die brug waar de hele wielerwereld het over had, vlak voor de finish in Nyborg. Het zou waaien, het zou op de kant gaan, het zou dit, het zou dat. In de Tour gelden die regels niet, want daar blijft door de nervositeit vaak alles gesloten, zo bleek ook nu weer. En zo konden twee Nederlanders - die in het verleden samen een triest verhaal hadden geschreven - nu nog eens een verhaal doen. Dat trieste verhaal, daarvoor moesten we terug naar 5 augustus 2020. In het Poolse Katowice kwamen Fabio Jakobsen en Dylan Groenewegen elkaar tegen na een rare move van laatstgenoemde. Enfin, daar is genoeg over gezegd en geschreven. Jakobsen kende een horrorcrash, lag lange tijd in coma en moest helemaal revalideren.
De cirkel zou rond komen op 2 en 3 juli 2022. Won Jakobsen de tweede rit van de Tour in Nyborg met een waanzinnig sterke spurt, een dag later had Groenewegen er een ultieme jump voor nodig om te winnen. De rode draad? Van Aert werd in de eerste drie ritten tweede. Dat moest anders en zou ook anders gaan. De wielerwereld was gewaarschuwd; een getergde Van Aert toog naar Noord-Frankrijk.
GELE DEMONSTRATIE
Na een eerste rustdag vanwege de transfer van Denemarken naar Frankrijk was het op 5 juli tijd om echt de Franse rittenkoers te beginnen. Starten deden we met een ietwat heuvelachtig ritje vlakbij onze landsgrenzen. Van Duinkerke naar Calais, dat moest te doen zijn voor het peloton. In de finale lag de Côte du Cap Blanc-Nez te wachten, och geer och god een kilometer aan 7 procent, op 12 kilometer van de meet. Dat kon weinig teweeg brengen.
Maar dat was buiten Jumbo-Visma en de zoals reeds gezegd gretige Van Aert gerekend. In de bochtige aanloop naar het klimmetje trokken de gele bijen door, Nathan Van Hooydonck effende het pad voor Tiesj Benoot, die vervolgens Van Aert lanceerde. En die was meteen ribbedebie. Met de gele trui om zijn schouders - die hij door bonificatieseconden inmiddels had overgenomen van Lampaert - vloog de superkampioen naar een memorabele ritzege in Calais. Een dergelijke straffe stoot hadden we in geen jaren meer gezien in de Tour. Van Aert was voor eventjes de beste renner ter wereld.
ROGLIC SLACHTOFFER OP DE KEIEN, VAN AERT ZET GEEL IN DE VERF
Dan kwam de alom gevreesde kasseienrit. Immers ging er nu geen peloton vol Roubaix-specialisten over de Noord-Franse klinkers, maar was het een grote meute vol renners die vooral met angst in het lijf tekeer gingen. Dokkeren, stuiteren, lekke banden, valpartijen: het ideale recept voor chaos richting Arenberg. En we wisten wel welke klassementsman zich daar helemaal niets van aan zou trekken.
Pogacar natuurlijk. Terwijl Roglic en Vingegaard in de achtergrond sukkelden en vooral de Deen kon profiteren van prachtig werk van gele trui Van Aert na pech, ging de Sloveense slokop als een dolle tekeer op de kasseien. Enkel Jasper Stuyven kon bij hem blijven in de finale, al kwamen ze tekort om de vluchters terug te halen. Die andere Sloveen, de gedeeld kopman van Jumbo-Visma, zag opnieuw zijn droom om de Tour te winnen in rook opgaan na een typisch nerveuze Roglic-val in de finale. Het kon - zo leek het wel - enkel hem overkomen om zichzelf zo uit te schakelen in de Tour. Roglic riep het over zichzelf af.
Ondanks zijn meesterknechtschap bleef Van Aert in het geel na de Roubaix-rit. Dat geel zou hij nog een keer tonen op weg naar Longwy. De zesde rit zou eindigen op een kort en stevig heuveltje, waar Peter Sagan enkele jaren terug in zijn regenboogtrui al demonstreerde hoe je superieur kon zijn op een punch-aankomst. Het leek in de sterren geschreven dat de Belgische alleskunner van Jumbo-Visma dit ook zou gaan doen. Alleen koos hij zelf voor een ander koersverloop.
Vanaf de start roerde hij zich om in de lange vlucht te komen, enerzijds om zijn ploeggenoten niet te hoeven laten achtervolgen op een eventuele grote kopgroep, anderzijds om Pogacar nerveus te maken. Het spel met kopmannen Roglic en Vingegaard werd goed gespeeld door Jumbo-Visma. Uiteindelijk kwam Van Aert in de kopgroep terecht, zij het een groepje van 3. In de finale werd hij als laatste vluchter ingerekend en rolde UAE Team Emirates de rode loper uit voor hun Sloveense kopman. Het eindschot van Pogi weigerde niet; hij vuurde weer eens een kanonschot af, om te zegevieren.
APOCALYPTISCH EINDE EERSTE WEEK TOUR
Het toetje van de eerste Tour-week (oké, nog twee ritten tot de tweede rustdag, maar dat is voor het volgende deel van het jaaroverzicht...) moest dan nog volgen. De plank van de mooie meisjes keerde - opnieuw - terug in de Franse rittenkoers. En zoals steeds werd het wachten, wachten, wachten tot er iets gebeurde tussen de klassementsmannen.
Lennard Kämna had daar lak aan. De Duitser had in de Giro al de eerste aankomst bergop naar zijn hand gezet, op de legendarische Etna, en wilde hetzelfde doen in La Grande Boucle. De aanvaller van Bora-Hansgrohe kwam dicht, heel dicht. Hij werd in de slotmeters voorbij gestreefd door een furieuze Vingegaard. De Deen finishte bizar sterk. Roglic moest een paar tellen toegeven, maar zijn ploeggenoot leek te gaan winnen. Toch was daar in de slotmeters, die voorbij leken te kruipen, alweer die Sloveense topper. Pogacar won - zijn tweede dus op rij - en ging met een goed gevoel de Alpen in.
OMMEKEER VAN ONGEZIENE PROPORTIES
Daar zou echter het onverwachte gebeuren. Hoe dat allemaal zat? Dat lees je morgen, om 12.00 uur exact. Tot dan!