Thibau Nys haalde in Heusden-Zolder zijn eerste Belgische titel bij de elite behaald. De jonge renner van Baloise Glowi Lions reed overtuigend naar de overwinning, terwijl Laurens Sweeck en Toon Aerts genoegen moesten nemen met respectievelijk zilver en brons. Ondanks een tactisch sterke koers moest Sweeck erkennen dat Nys simpelweg de betere was. Sweeck toont zich achteraf een tevreden mens met zijn zilveren plak om zijn nek.
Een gok die niet werkte
Laurens Sweeck was realistisch na afloop van de wedstrijd. “Uiteindelijk kan ik er wel mee leven. Er was gewoon iemand beter, dus dan moet je tevreden zijn met de tweede plaats”, vertelde de renner van Crelan-Corendon in een interview.
In de voorlaatste ronde leek het kortstondig zijn kant op te vallen. Samen met Toon Aerts wist hij een gat te slaan, terwijl Nys en Michael Vanthourenhout even twijfelden.
Sweeck probeerde door te trekken, maar Nys was ongenaakbaar. “Ik had gemerkt dat Thibau heel sterk was, vooral op dat heuvelachtige deel waar hij mij uiteindelijk ook loste. Het was een gok om daar door te zetten. Als je weet dat de sterkste renner niet meedraait, is dat je enige kans om hem te verslaan. Helaas werkte het plan niet, en dan moet je tevreden zijn met zilver.”
Een tactische koers met kleine verschillen
De wedstrijd kende veel tactische momenten, waarin positioneren cruciaal was. “Het kwam erop aan om goed geplaatst te zitten in het tweede deel van het parcours. Daar werden de fouten gemaakt, en dan moet je vooraan rijden”, legde Sweeck uit. Dankzij zijn goede positie kon hij samen met Aerts de schifting maken, maar Nys bleef kalm en sloeg op het juiste moment toe.
Sweeck had het gevoel dat hij zijn kansen optimaal benut had, maar dat zijn kaarten niet sterk genoeg waren. “Ik heb mijn spel gespeeld, maar uiteindelijk bleek Thibau gewoon te sterk.”
Respect voor Nys’ kracht
De 31-jarige Sweeck had alleen maar lof voor de prestatie van Nys. “Hij reed een hele sterke ronde. Eerst haalde hij het gat dicht, en daarna trok hij nog eens vol door. We zaten allemaal op onze limiet, en als je dan nog verschil kunt maken, deel je echt tikken uit aan de concurrentie.”