Vandaag staat de Superprestige-wedstrijd op het programma in Ruddervoorde. Met Sanne Cant komt één van de Belgische vaandeldraagsters aan de start, in haar eerste wedstrijd van haar laatste seizoen. Voorafgaand kwam onze landgenote met een dramatisch verhaal.
"Ik had ze gewoon niet"
Cant was één van de eerste vrouwelijke Belgische wielrensters die uitblonk in het veldrijden, al was de weg daarnaartoe een hele klus. Het duurde immers lange tijd voor er evenveel aandacht was voor de vrouwenkoers.
"Ik had geen professionele veldrijdsters als voorbeeld, dus beschouwde ik de cross lang als een uit de hand gelopen hobby die ik combineerde met de middelbare school", zo liet Cant optekenen bij Bahamontes.
Cant kwam bij de gebroeders Roodhooft terecht maar schetst een dramatisch financieel beeld van haar beginjaren. "Als ik een cross won, zelfs bij de elite, kreeg ik amper 27 euro. Dat reed je makkelijk op aan benzine. En een vrouwencross werd ook goed weggestoken in het programma".
Sven Nys kreeg het tienvoudige
In vergelijking met de mannen was het dus een heel mager beestje. "De eindzege in de GvA-trofee leverde me slechts 2.500 euro op. Ik denk dat Sven Nys toen het tienvoud kreeg. Wij, vrouwen, crossten toen allemaal uit passie voor de sport." En dat doet Cant nog steeds, ook in haar finale seizoen.