Voor Remco Evenepoel werd het een meer dan geslaagde Tour de France, maar echt nagenieten kan hij nog niet doen. Met de olympische tijd- en wegrit staan de volgende doelen alweer voor de deur. Te beginnen met de race tegen de klok.
Geen topfavoriet?
Die volgt komende zaterdag. Daar zal Evenepoel het onder meer moeten opnemen tegen Filippo Ganna en Joshua Tarling. Volgens bondscoach Sven Vanthourenhout toch dé favorieten. Dat liet hij optekenen tegenover Het Nieuwsblad.
“Simpelweg omdat ze ervoor gekozen hebben om zich heel specifiek voor te bereiden op de Olympische Spelen en op deze tijdrit. Begrijp me niet verkeerd, ik twijfel niet aan de intrinsieke capaciteiten van Wout en Remco. Alleen zullen ze deze tijdrit niet hetzelfde benaderen”, luidde zijn reactie.
Evenepoel pareert bondscoach
Een stelling echter waar Evenepoel niet mee akkoord gaat. Dat liet hij duidelijk verstaan in een interview met HLN. “Dat is misschien iets te kort door de bocht”, heeft die vertrouwen in zichzelf. “Ik heb al genoeg bewezen dat ik iedereen kan kloppen, dus waarom zaterdag niet? Als de benen goed hersteld zijn, is er veel mogelijk. En als ik op mijn waarde geklopt word, moet ik dat accepteren.”
Als de benen goed zijn, zegt Evenepoel er wel bij. Want dat wordt toch nog even afwachten na een slopende Tour. “Fysiek moet ik eerlijk toegeven dat ik best nog moe ben. Ik heb tot de laatste meter moeten vechten in de Tour. Dat heb ik de voorbije dagen gemerkt.”
“Maandag heb ik het grootste deel van de dag in bed gelegen. Dinsdag heb ik dan een beetje proberen rijden, maar geweldig voelde dat niet. En dat was woensdag en donderdag niet veel anders. Gelukkig heb ik nog tot zaterdagmiddag om te herstellen.”