Opmerkelijk beeld bij aanvang van de vierde etappe in de Ronde van Frankrijk: tussen al het klimgeweld in de vroege vlucht zagen we ook een regenboogtrui!
Dat is niet meteen waar je Mathieu van der Poel verwacht in een zware bergetappe met onder meer de Galibier. En toch zat hij daar. Hij werd uiteindelijk ingelopen en bolde als 85e over de streep in Valoire, op ruim 17 minuten van ritwinnaar Tadej Pogacar.
De wereldkampioen vertelde na afloop aan Wielerflits dat meegaan met de vroege vlucht niet het plan was deze ochtend. "Maar de eerste klim ging het echt bijzonder hard en ik voelde me vrij oké", klinkt het. “Het was toch sowieso afzien voor iedereen."
Kansloos
"Ik geraakte weg met een grote groep, maar ik had al snel door dat het niet echt een kans op slagen had. Het verschil werd wel heel klein gehouden. Het was sowieso kansloos. Misschien dat het voor mij nog steeds kansloos is als de voorsprong heel groot wordt."
Waarom hij dan zo hard zwoegde in de kopgroep? "Ik denk dat dit wel goed is om de koersbenen te krijgen. Voor de Galibier voelde ik me wel vrij oké. Dit is wat ik nu een beetje nodig heb, die koershardheid. Dat komt goed.”
Liever vooraan dan achteraan
Van der Poel had nog een andere, opvallende reden, om deel uit te maken van de vroege vlucht. “Ik zit gewoon liever in de kopgroep dan in het peloton of achteraan."
"Het is niet zo dat dit onderdeel uitmaakt van een specifiek trainingsschema richting de Olympische Spelen. Ik denk dat ik nog gewoon op zoek ben naar die koershardheid. En op die eerste klim ging het zo hard dat het ook niet uitmaakt of je nog mee probeert te springen of niet."