Zaterdag gaat de Ronde van Italië eindelijk van start. Wout van Aert zal er niet bijzijn na zijn valpartij in Dwars door Vlaanderen, maar met Tadej Pogacar staat er wel een andere wereldtopper aan de start. Maar niet iedereen is zo opgetogen over de Giro dit jaar.
Tom Dumoulin, die de grote ronde won in 2017, blikte in de podcast In Het Wiel terug op zijn tijd in het peloton en trekt de vergelijking met Tadej Pogacar op La Planche de Belles Filles in de Tour de France van 2020. "Mijn tijd daar was precies een half uur. Volgens mij had ik dat half uur 440 watt gemiddeld. Ik dacht: niemand gaat sneller zijn, dat kan niet. Ik reed mijn beste waardes ooit."
"Pogacar was op dat eerste meetpunt precies even snel. Hij zag er helemaal niet uit als een wielrenner. Dat hij even snel was op het eerste gedeelte was een moment dat ik dacht: ‘wow’. Ik schrok er echt van."
Ontevreden
Dumoulin is wel niet te spreken over het parcours van dit jaar in de Giro. "De laatste week is niet megazwaar. Ik mis een beetje een iconische aankomst, zoals de Mortirolo of de Zoncolan. Ik mis dat de koers toewerkt naar een hoogtepunt, een epische koninginnenrit. Dat vind ik wel een beetje jammer."
Al zullen de Italiaanse fans ongetwijfeld veel goed maken. "De Fransen zelf vinden het wel gaaf dat hun land op de kaart staat. Maar ik zie hen minder genieten, minder trots zijn op het fietsen zelf. Dat heb je in Italië wel heel erg: liefde en passie voor de koers. Dat komt in de Giro heel erg naar boven. Ook als buitenlandse renner is dat fantastisch. Ik werd in 2017 net zo hard aangemoedigd als Nibali. Dat zul je in Frankrijk nooit zien."