Het gaat voorlopig niet al te best met Thibau Nys. De jonge veldrijder heeft immers – net als dat al bij Van der Poel en Iserbyt het geval was – veel last aan de rug, die hem verhinderen om zijn beste zelve te kunnen terugvinden op de fiets.
Nys is dan ook volop aan het werk om die rugproblemen te verhelpen, maar kan intussen ook de gedachten wat verzetten. Zo is hij immers voor de allereerste keer mee op stage getrokken met de wegploeg van Trek-Segafredo. Vanzelfsprekend zal Nys straks dan ook op de weg opnieuw een flink aantal koersen rijden, dat dan voor het eerst echt als onderdeel van het team. Tegenover Het Nieuwsblad deed hij alvast een flink deel van zijn programma uit de doeken.
“Er is op dit moment een ruwe schets. Bedoeling is om na het WK geen crossen meer te rijden, om dan in Nokere Koerse en de GP de Denain (15 en 16 maart, red.) op de weg te beginnen. Ik ga zeker ook kortere rittenkoersen doen: de Ronde van België, Tour de Wallonie, Noorwegen, de Ronde van Romandië… Allemaal opties. Op de weg draait het om beter worden, ervaring opdoen, mezelf ontdekken.”
KLASSIEK RENNER
Nys heeft nog niet bijster veel ervaring op de weg, weet hij intussen al welk type renner hij daar zal zijn? “In grote lijnen wel. Ik ben het klassieke type, een puncher die geen hooggebergte aankan, maar wel een kort klimmetje. Maar het zal ervan afhangen hoe mijn lichaam evolueert. Misschien blijkt straks toch dat ik in de eerste plaats een sprinter ben. Persoonlijk verwacht ik dat niet, maar het kan.”
Nys is dan ook volop aan het werk om die rugproblemen te verhelpen, maar kan intussen ook de gedachten wat verzetten. Zo is hij immers voor de allereerste keer mee op stage getrokken met de wegploeg van Trek-Segafredo. Vanzelfsprekend zal Nys straks dan ook op de weg opnieuw een flink aantal koersen rijden, dat dan voor het eerst echt als onderdeel van het team. Tegenover Het Nieuwsblad deed hij alvast een flink deel van zijn programma uit de doeken.
“Er is op dit moment een ruwe schets. Bedoeling is om na het WK geen crossen meer te rijden, om dan in Nokere Koerse en de GP de Denain (15 en 16 maart, red.) op de weg te beginnen. Ik ga zeker ook kortere rittenkoersen doen: de Ronde van België, Tour de Wallonie, Noorwegen, de Ronde van Romandië… Allemaal opties. Op de weg draait het om beter worden, ervaring opdoen, mezelf ontdekken.”
KLASSIEK RENNER
Nys heeft nog niet bijster veel ervaring op de weg, weet hij intussen al welk type renner hij daar zal zijn? “In grote lijnen wel. Ik ben het klassieke type, een puncher die geen hooggebergte aankan, maar wel een kort klimmetje. Maar het zal ervan afhangen hoe mijn lichaam evolueert. Misschien blijkt straks toch dat ik in de eerste plaats een sprinter ben. Persoonlijk verwacht ik dat niet, maar het kan.”