Voor Toon Aerts verliep het seizoensbegin toch iets anders dan verwacht. Waar hij had verwacht meteen mee te spelen bleek dit immers niet het geval. Al valt er de laatste wedstrijden beterschap te merken.
Kentering gekomen (?)
Zo ook in Merksplas, waar Aerts deel uitmaakte van de grote kopgroep die (bijna) tot de finish voor de overwinning streed. De renner toonde zich grotendeels dan ook tevreden. “Tactisch was het goed. Ik deed wat ik moest doen daar waar ik in het verleden wel eens als een kieke zonder kop bleef beuken. Alleen toen Laurens in de slotronde versnelde, had ik iets aandachtiger moeten zijn”, aldus Aerts.
De kentering is mogelijk gekomen, want zoals gezegd trapte Aerts toch wat op zijn adem in het begin. “Ik reed vorig seizoen nog vier wedstrijden en die gingen zo goed dat ik dacht dat het dit seizoen wel vlot zou lopen. Dat is ook de reden waarom ik in september geen kleine buitenlandse wedstrijden wilde rijden omdat ik dacht dat die startplaats me geen parten zou spelen.”
Frustraties
De realiteit achterhaalde die gedachte al snel. “Maar eind vorig seizoen was ik mentaal en fysiek de friste van allen. Nu begonnen we allemaal op hetzelfde niveau. De openingscross in Beringen was nog goed maar daarna ging het toch allemaal stroever.”
Al ziet Aerts ook wel meteen enkele logische verklaringen waarom het wat moeilijker liep. “De jeugd die zo goed is, het goede weer dat niet in mijn voordeel speelde. En die startplaats die me plots wel parten begon te spelen.”
En dat laatste leidde toch ook al tot de nodige frustraties. “Vorige week in zowel Lokeren als Niel heb ik me daar serieus in opgejaagd. Nu de winter echt begint denk ik wel dat het goedkomt maar ik moet toegeven dat ik het mij iets makkelijker had voorgesteld.”