Het slotweekend van de Giro d’Italia geeft ieder type renner behalve de tijdrijder nog één mogelijkheid om te winnen. Eerst is het de beurt aan de aanvallers.
Na een week lang hopen op genade van Tadej Pogacar en hopen dat de andere klassementsrenners niet vechten om een ritzege die ze ten opzichte van de Sloveen toch niet kunnen boeken, krijgen de aanvallers met een goed stel klimbenen nog een allerlaatste mogelijkheid op dagsucces.
De start
Vertrekken doen we vanuit Mortegliano, in de regio Friuli-Venezia Giulia – de meest westelijke regio van Noord-Italië. Het ligt vlakbij de grote stad Udine en dus vormt het voor veel reizigers die op vakantie gaan naar de riviera bij Venezia een knooppunt op de terugweg, omdat hier de weg richting de Dolomieten en Oostenrijk wordt ingezet.
Mortegliano staat bekend om haar klokkentoren. Met zijn 113,2 meter hoogte is het de allerhoogste van Italië en torent ze prachtig boven het plaatsje uit. De gemeente staat bovendien garant voor een gezonde levensstijl, aangezien groenten en fruit van deze grond enorm in trek zijn.
Eén keer eerder was Mortegliano een belangrijke locatie op het hoogste wielerniveau, toen in de Giro Donne van 2021 Lorena Wiebes hier de achtste etappe won. Niet geheel verrassend gebeurde dat in een massasprint.
De aankomst
We trekken richting Sappada, een bergstadje gelegen op meer dan 1.000 meter boven zeeniveau in het noordwesten van de regio Friuli-Venezia Giulia. Sappada wordt omringd door de Dolomieten en is vooral beroemd om haar buitenactiviteiten en pittoreske winkelgelegenheden.
Zes jaar geleden kwam hier de Giro al eens aan. Het was destijds Simon Yates die in zijn roze trui verwoestend uithaalde en de concurrentie bestaande uit onder meer Tom Dumoulin op bijna een minuut reed. De Brit leek eenvoudig op weg naar de Giro-zege.
Enkele dagen later was de pijp bij Yates echter helemaal leeg en kwam er een nieuwe wending. Dumoulin dacht voor het tweede jaar op rij de Giro te gaan winnen, maar dat was buiten een plotselinge wederopstanding van Chris Froome gerekend. De viervoudig Tour-winnaar pleegde een remonte op de Colle delle Finestre op weg naar de Jafferau en draaide de Giro helemaal om.
De route
Het duurt vanuit de start echt even voor we de bergen op gaan zoeken. Het kan dus ook zomaar zijn dat de totstandkoming van de vroege vlucht ook even op zich laat wachten. Pas na een veertigtal kilometers komen er echt wat kilometers bergop, vlak voor de tussensprint in Peonis.
Als we vervolgens nog meer in noordelijke richting rijden, gaat het na 85 kilometer koers vanaf Cedarchis langzaam bergop lopen, voor we in Paularo de Intergiro-sprint krijgen. Daar ligt gelijk ook de voet van de ultrasteile, maar korte Passo Duron. 4,4 kilometer aan 9,7% gemiddeld, met pieken tot 18: we zijn aan het klimmen!
Er volgt een rappe afdaling richting de bonificatiespurt in Cercivento, waarna de iets gemakkelijkere klim naar Sella Valcalda aangedaan wordt. Daarna komt er een afzink richting Comeglians, waarna we langzaamaan gaan toewerken naar het hoogste punt van de rit.
Dat komt er na een beklimming die op papier 8,3 kilometer aan gemiddeld 4,8% is, met een piek tot vijftien procent. In werkelijkheid is de beklimming echter bijna vijftien kilometer lang. Op de top van de Cima Sappada is het nog zo’n zes kilometer naar het centrum, waar de meet ligt getrokken na een vrij bochtige finale.
De favoriet
We vragen ons af of er klassementsrenners zijn die in deze etappe veel, zo niet alles, gaan geven voor een ritwinst om er een dag later (met twee keer de Monte Grappa op het menu) enkel maar last van te hebben wanneer het echt een laatste maal om de knikkers gaat.
Dat lijkt ons niet het geval en dus moeten we op zoek naar renners die een beetje tussen wal en schip vallen: niet de puurste klassementsman, maar ook niet de slechtste klimmer onder de aanvallers. Op papier moet dit een etappe zijn die de piepjonge Giulio Pellizzari goed ligt. We gaan het gewoon doen en schuiven hem naar voren als favoriet.
De outsiders
We gaan een slag om de arm houden: stel dat het tussen de klassementsmannen gaat, hebben we toch in ieder geval gezegd dat Tadej Pogacar nog steeds onklopbaar is. We vermoeden dat dit een mening is die door velen gedeeld wordt.
Op de Passo Brocon zegevierde Georg Steinhauser en succes smaakt altijd naar meer. Krijgt Nairo Quintana nog eens de vrijheid? Er liggen ook nog belangrijke bergpunten – oké, die trui zal altijd voor Pogacar zijn – te rapen.
Types als Julian Alaphilippe, Nicola Conci en Attila Valter moeten ook voor succes kunnen gaan: zij kunnen hard genoeg rijden op het vlakke en toch hun mannetje staan bergop. En mocht het toch tussen de klassementsmannen gaan, valt ook Daniel Felipe Martínez met zijn eindschot, dat weliswaar minder is dan dat van de rozetruidrager, niet uit te vlakken.
De sterren
Dat zorgt voor de volgende sterrenverdeling:
****
Giulio Pellizzari
***
Tadej Pogacar & Georg Steinhauser
**
Julian Alaphilippe, Nicola Conci & Nairo Quintana
*
Daniel Felipe Martínez, Antonio Tiberi, Geraint Thomas & Attila Valter
De televisie
De volledige Giro d’Italia is van de eerste tot de laatste kilometer live te volgen via Eurosport en Discovery+. Vanaf 13:10 uur gaat men daar live met in de finale het commentaarduo Jeroen Vanbelleghem en Karsten Kroon.
Daarnaast kan men op VTM inschakelen voor de Giro, waar Michel Wuyts en Jan Bakelants het commentaar zullen verzorgen.
Viva il Giro, geniet van de koers!