Mathieu van der Poel heeft dit voorjaar op epische wijze twee monumenten gewonnen en de concurrentie vernederd, maar volgens Michel Wuyts is er ééntje die misschien nog straffer deed.
Zijn naam luidt Tadej Pogacar. De Sloveen reed net als de wereldkampioen een fenomenaal voorjaar. Hij won de Strade Bianche, zijn seizoensopener, na een monsterlijke solo van maar liefst 81 kilometer.
In Milaan-San Remo strandde de tweevoudige Tourwinnaar op een derde plek en in Tirreno-Adriatico maakte hij de tegenstand belachelijk door door vier van de zeven etappes en de eindzege aan zijn palmares toe te voegen.
"Dat Van der Poel en Pogacar excelleerden, danken ze aan hun uitzonderlijke gaven", zegt Michel Wuyts in Het Laatste Nieuws. "En het minimalisme in hun planning. Wie niet vaak start, maakt minder kans op een smak. Mathieu rijdt zondag zijn zevende koers, Tadej zijn tiende."
Luik-Bastenaken-Luik
"Het spreekt voor zich dat Van der Poel met drie klassieke zeges man van het voorjaar is." Komende zondag kan het zijn dat Wuyts zijn mening nog herziet. "Mocht Pogacar na zijn irreële raid op de Strade ook Luik inpalmen, schuift hij nog langszij."