Er zijn wel wat veldrijders die deze winter kritiek hebben geuit op de wereldbekerkalender, maar Adrie van der Poel is het niet eens met die kritietk.
De grootste tegenstander van het huidige format van de wereldbeker is ongetwijfeld Lars van der Haar. Die is voorstander van een kleinere wereldbekerkalender en heeft deze winter zelfs een aantal manches geschrapt uit zijn agenda.
"Ik vind dat er behoorlijk wat zeurpieten zijn", zegt Adrie van der Poel over de hele discussie rond de wereldbeker. "Lars van der Haar noemt de puntentelling van de Wereldbeker ‘verrot’, maar dan zeg ik: ‘Lars, had ze nou gewoon allemaal gereden. Dan stond je nu dik aan de leiding."
Iserbyt verdiende winnaar
"Ik respecteer zijn keuze om dat niet te doen, maar dan moet je nadien niet zeggen dat de puntentelling niet klopt. Eli Iserbyt is voor mij de verdiende winnaar van de Wereldbeker. Hij zegt aan het begin van het seizoen: ik rijd alles, veertig crossen op een jaar. Nadien zeurt hij er ook niet meer over.”
"Anderen vinden dat programma te zwaar, maar bekijk het eens zo: veertig crossen is veertig uur koersen. In de Tour zit je dan aan de helft, want in de Tour zit je in totaal tachtig uur op de fiets. Op drie weken, niet op drie maanden."
De discussie gaat vooral over het aantal manches. Zo is er bijna elke zondag wel een wereldbekermanche. Hoe de ideale kalender er volgens Adrie van der Poel uitziet? "Ik heb mijn idee in 2000 al bij de UCI neergelegd. Ik zou gaan voor een kalender die maand na maand een vast stramien volgt. Eén weekend zonder crossen in België, of met enkel kleine, nationale crossen. Dan een weekend met twee wereldbekers, één op zaterdag en één zondag."
Omwille van de ecologische voetafdruk liggen die op minder dan driehonderd kilometer van elkaar. Dat kan bijvoorbeeld met Hoogerheide en Geraardsbergen. In Frankrijk met Besançon en Nommay. Daarna volgt een weekend met een cross op zaterdag en een wereldbeker op zondag."
"Tenslotte nog een weekend zonder wereldbeker, met ruimte voor de andere klassementen. Zo heb je in één maand drie wereldbekercrossen, maar laat je wel ruimte voor andere wedstrijden, ook op zondag. Op een crosswinter van vier maanden kom je uit op twaalf Wereldbekers, wat voor mij ideaal is."