Het was niet het weekend van Thibau Nys, die conclusie kunnen we gerust trekken. Slecht waren zijn prestaties geenszins, maar de Europese kampioen maakte foute keuzes en bleef zo met lege handen achter.
Bizarre valpartij
En op maandag mogelijk ook wel met een zure rug en knie. Want tot overmaat van ramp kwam Nys in de slotronde van de cross in Hamme nog bijzonder lullig ten val. Op beeld was te zien dat Nys plots de modder induikt op een strook waar je dit niet zou verwachten. Blijkbaar een paaltje geraakt. Toch de tank iets té leeg gereden?
Een vraag waar we geen antwoord op kunnen bieden, al valt uiteraard wel te hopen dat Nys niets noemenswaardig zal overhouden aan zijn valpartij. Een uurtje na de wedstrijd in Hamme wist hij de verzamelde pers zelf alvast gerust te stellen over zijn toestand.
"Het was een hele harde klap. Maar het valt mee”, wist Nys te vertellen over zijn tuimelperte. “Het had erger kunnen zijn. Mijn knie is wat stijf en mijn nek heeft een klap gehad, maar het is niet meer dan dat."
Bijzonder zelfkritisch
Oef. Hopelijk toch. Terug naar zaterdag dan waar Nys net als daags nadien volop mee lijkt te strijden voor de zege. En wie zal hem daar gaan kloppen in de sprint in Merksplas? Geen van het viertal Vanthourenhout, Aerts, Van der Haar en Sweeck, kon je wel met quasi zekerheid stellen.
Echter liet die laatste het zover niet komen en pakte Sweeck in het absolute slot nog uit met een versnelling. Eentje die Nys niet meer kon remonteren. Tot grote woede bij zichzelf. “Ik ben heel kwaad op mezelf dat ik zo passief die laatste ronde in ga. Ik had echt het gevoel om de cross te winnen.”
Helaas. Nys mocht het overgebleven podiumpuntje voor het Superprestige-klassement dan maar uitdelen aan ploegmakker Van der Haar. Het toont alvast wel aan dat hij nog bijzonder scherp bij geest was en dus inderdaad een fraaie kans op de zege uit handen had laten glippen.
Tegelijkertijd is hij natuurlijk niet de enige in koers en mag de concurrentie nooit worden onderschat. Integendeel zal die er alles aan doen om niét met Nys naar de streep te moeten. Nog een pluim voor Nys: achteraf was hij zo eerlijk en zelfkritisch om dat toe te geven. Te laks, te weinig durf, klonk het.
Hoogmoedig (?)
De zelfzekerheid spatte opnieuw van het scherm in zijn interview. Zo zeer dat menig kijker meteen dacht: ‘Die gaat morgen alles aan flarden rijden in Hamme.’ Die gedachte gaf hij zelf nog wat meer voeding: “Wat ik gisteren laten liggen heb, wil ik vandaag rechtzetten”, luidde het bij de start.
Opnieuw die gedecideerde taal die hem intussen zo typeert, maar soms wel richting hoogmoed kan neigen. En dat wordt het nog meer als dan blijkt dat er zeker geen overschot was om de concurrentie zomaar even opzij te zetten in Hamme. Sterker nog: “De benen waren toch niet zo goed als gisteren”, moest Nys concluderen.
“Hij probeerde misschien iets te veel om toch het verschil te maken, waardoor hij op het laatste wat tekortkwam”, probeerde vader Sven een oorzaak te vinden. Maar die valt mogelijk wel tussen de oren te zoeken. Legt hij zichzelf teveel druk op, mede door het toenemende verwachtingspatroon? Wat sowieso al torenhoog ligt bij zichzelf.
Het lijkt alvast een plausibele verklaring waarom hij – zoals Nys ook zelf aangaf – foute keuzes maakt en op het laatst van de wedstrijd zelfs nog een atypische valpartij maakt voor de technisch bijzonder behendige Balenaar. Er kan immers geenszins worden verwacht – ook hijzelf niet – dat alles en iedereen overal even opzij zal worden gezet. Het realisme moet de ambitie kunnen onderdrukken.