Komende zaterdag komt Lotte Kopecky voor het eerst in actie op de Olympische Spelen. De Belgische wereldkampioene op de weg neemt deel aan de individuele tijdrit, maar een medaille in die discipline winnen wordt niet gemakkelijk.
Want ondanks het feit dat Kopecky op zo goed als elk terrein wint op de weg, ongeziene wattages trapt en een ferme sprint in de benen heeft, is het geen evidentie dat ze zaterdag een medaille wint in het tijdrijden. Ervaringsdeskundige Ann-Sophie Duyck legt uit hoe dat komt.
Trial and error
"In tijdrijden speelt het gegeven dat je niet in een peloton rijdt en aerodynamica een nóg grotere impact heeft op je prestatie dan je pure vermogen", staat er te lezen in Het Laatste Nieuws. "Er zijn rensters die hun topvermogen kunnen ontwikkelen op een gewone koersfiets, maar niet op een tijdritfiets."
"Omdat ze teveel wind pakken en dat voordeel compleet kwijtspelen. Zaak is om daar de juiste balans in te vinden. Een ‘trial and error’-proces. Maar Lotte zal daar ongetwijfeld werk van maken.”
Belgische steun
Kopecky werd door de Belgische wielerbond alvast helemaal klaargestoomd voor haar chronotest. Er werden windtunneltests afgelegd in de Sliverstone Sports Engineering Hub, een 3D-testpop gecreëerd en een spiksplinternieuw Bioracer-pak ontworpen.
"Als je geselecteerd wordt voor een olympische tijdrit is het maar normaal dat je er het maximale probeert uit te halen. Anders is het zonde van de energie en de tijd en doe je beter niet mee", aldus Danny Stam, ploegleider bij SD Worx-Protime.