We naderen het einde van de Giro d’Italia. Er staan nog twee echt zware bergetappes op het menu, waarvan de zeventiende rit de eerste is.
Waar de derde koersweek begon in de Dolomieten, is het op woensdag tijd om iets zuidelijker te trekken. Toch blijven we op de eerste negen kilometer na de gehele etappe in de regio Trentino.
De start
We gaan met het overgebleven legioen aan renners verder vanuit Selva in Val Gardena voor de Italianen, Wolkenstein in Gröden voor de Duitstaligen en Sëlva voor de Ladinisch sprekenden onder de Zuid-Tirolers, het Ladijn is hier net als op dinsdag de leidende taal.
Sëlva staat bekend als wintersportoord. Het is namelijk onderdeel van het bekendste wintersportgebied van heel Italië, het razend populaire Dolomiti Superski. Daaronder vallen ook andere bekende namen als Cortina d’Ampezzo, Alta Badia, de Kronplatz en Val di Fiemme.
Zoals alle bovengenoemde namen direct verbonden zijn met bepaalde beklimmingen, is dat voor Sëlva het geval met de Passo Sella. Waar het peloton nu vanaf de Passo Sella zal afdalen richting Canazei, zou ook halverwege de afzink linksaf geslagen kunnen worden om de Passo Pordoi aan te doen. U merkt het: het krioelt hier van de pijnlijke Passo’s.
De aankomst
Opnieuw heeft de Giro-organisatie RCS gekozen voor een aankomst bergop op een nog nooit gebruikte locatie. Na aankomsten op de Bocca della Selva, het funpark van Trepalle (Livigno-Mottolino) en de Monte Pana is dit dus al de vierde onuitgegeven finish.
Vooral tijdens de twee wereldoorlogen is de Passo Brocon een belangrijke uitvalsbasis geweest, de weg over deze beklimming werd dan ook aangelegd voor militaire doeleinden van de Oostenrijks-Hongaarse regering.
Slechts één keer eerder was deze klim een onderdeel van de Giro: op 8 juni van het jaar 1956. Toen kwam de Luxemburgse wielerlegende Charly Gaul als eerste boven, om later die dag ook te winnen op de Monte Bondone.
De route
De gehele etappe rijden we in zuidelijke richting. Als je vanuit Selva di Val Gardena naar het zuiden wil, kan dat maar op één manier: bergop. De Passo Sella is negen kilometer lang aan een gemiddeld stijgingspercentage van dik zeven procent; de sprinters zullen hopen – waarschijnlijk tegen beter weten in – dat de vroege vlucht zich snel vormt.
Dan volgt een razendsnelle afdaling richting Canazei, waar Pierre Rolland in de Giro van 2017 een etappe won. De snelheid blijft er flink in zitten op weg naar de sprint in Predazzo, wat voor de kenners onder ons ook maar één ding betekent: de Passo Rolle begint. Twintig kilometer lang, met daarin onderweg negen kilometer die minder steil bergop gaan, de eerste vijf en de laatste zes kennen dan weer minder aangename percentages.
We hebben maar twee keuzes in deze rit: bergop of bergaf. Het dal vanaf de Passo Rolle volgt ‘pas’ 27 kilometer later in Imer, waar men de aankomst die 65 kilometer later pas volgt al kan ruiken. Eerst de kleinste hindernis van de dag, de Passo Gobbera. Eens die overwonnen is, volgt na de Intergiro-sprint in Canal San Bovo de échte finale.
De renners krijgen twee keer de Passo Brocon op het presenteerblaadje. De eerste maal beklimt men de ‘makkelijkere’ zijde en passeert men bij het boven komen het hotel (Albergo), om daar nog even op de hoogvlakte te rijden. Dan is het afdalen richting Castello Tesino en vervolgens een bonificatiesprint in Pieve Tesino voor de absolute klapper van de dag.
De moeilijke zijde van de Passo Brocon doemt op. Met de aankomst op 1.610 meter boven zeeniveau is dit bepaald niet het hooggebergte naar Italiaanse termen, maar met bijna twaalf kilometer aan net geen zeven procent gemiddeld is dit bepaald geen sinecure.
De eerste vijf kilometer zijn nog redelijk te doen met een gemiddelde stijging van quasi vijf procent, maar eens de renners de camping op de flanken van de Passo Brocon passeren, begint de miserie. Twee kilometer aan bijna negen procent gevolgd door drie kilometer aan bijna elf procent gemiddeld: enkel de beste klimbenen voeren hier de boventoon.
Het slot is dan weer wat eenvoudiger, maar ook dat is vanwege twee keer een vlakke halve kilometer een vertekend beeld; vanaf anderhalve kilometer van de streep tot aan het 500 meter-bord moeten de renners nog steeds een strook aan negen procent overleven.
De favoriet
De etappe naar de Monte Pana werd, zoals we toch al een beetje voorzagen, chaotisch door de parcoursverandering. We mogen erop hopen dat de route van de zeventiende rit niet verandert. Het weer zal ook niet al te veel beter zijn dan op de dinsdag, al zullen we geen vriestemperaturen tegen komen.
In dit weer excelleert een renner als Damiano Caruso. Bahrain-Victorious heeft maar één kans om een rit te winnen: dat is Caruso die vanuit een vroege vlucht een zware bergrit pakt. Dit is echt een steen in de kikkerpoel gooien, want de kans is aan de andere kant vrij groot dat de Bahreinse formatie hem dichtbij witte trui Antonio Tiberi wil houden.
De outsiders
Zoals telkens hangt het bij dit rijtje namen ervan af wat de ploegen van de favorieten doen. Tadej Pogacar is bepaald niet zinnens om telkens op te komen draven, alleen omdat Movistar Team het tempo verzorgde richting de Monte Pana kon hij niets anders doen dan winnen. De Sloveen vond het vreselijk dat Giulio Pellizzari niet won, maar de Italiaan krijgt een nieuwe kans.
Andere lieden die we vanuit de vlucht zomaar zien toeslaan zijn Valentin Paret-Peintre, Nairo Quintana, Georg Steinhauser, Nicola Conci en Simon Geschke.
Onder de klassementsmannen maakt naast de Sloveense slokop vooral Daniel Felipe Martínez de meest constante indruk. Voorts zijn ook Tiberi en Thymen Arensman in de strijd om het wit verwikkeld.
De sterren
Dat zorgt voor de volgende sterrenverdeling:
****
Damiano Caruso
***
Tadej Pogacar & Georg Steinhauser
**
Daniel Felipe Martínez, Giulio Pellizzari & Nairo Quintana
*
Nicola Conci, Simon Geschke, Valentin Paret-Peintre & Antonio Tiberi
De televisie
De volledige Giro d’Italia is van de eerste tot de laatste kilometer live te volgen via Eurosport en Discovery+. Vanaf 12:30 uur gaat men daar live met in de finale het commentaarduo Jeroen Vanbelleghem en Karsten Kroon.
Daarnaast kan men op VTM inschakelen voor de Giro, waar Michel Wuyts en Jan Bakelants het commentaar zullen verzorgen.
Viva il Giro, geniet van de koers!