Quinten Hermans kroop door het oog van de naald en ontsnapte nipt aan de massale valpartij in de Ronde van het Baskenland. De renner van Alpecin-Deceuninck, die een etappe wist te winnen in Spanje, pleit nu voor nieuwe maatregelen.
Hermans besloot om afgelopen zaterdag uit de Ronde van het Baskenland te stappen. Ook hij ging tegen de grond, maar kon nog even rechtdoor rijden in het bos vlakbij. "Toen kwam de fiets van Vingegaard op mijn pad en ben ik daarover gevallen. Ik heb geluk gehad dat ik niet in de betonnen greppel kwam waar Steff Cras viel", vertelt hij bij HLN.
Limieten
Hermans beseft dat renner steeds vaker hun limieten opzoeken, maar pleit voor verandering. "Op een moment moet je wel een keer je remmen gebruiken. Een verandering ten goede kan ook zijn om een limiet te zetten op de extreem grote versnellingen waarmee renners nu rijden."
"In Parijs-Roubaix reed Josh Tarling met een 62 vooraan. Als het zo verder gaat, zitten we binnenkort met een 64 of zelfs een 66 vooraan. Als je met zo’n versnelling op het einde van een afdaling net een paar trappen meer kunt geven, haal je wel als eerste de bocht.”
Risico
“Hoe ze in Dwars door Vlaanderen vielen in de afdaling naar de Kanarieberg had daar volgens mij mee te maken. Renners rijden dichter bij elkaar en nemen meer risico nemen om op het laatste moment toch nog naar voor proberen te rijden", aldus Hermans.