Geen Wout van Aert aan de start vandaag in Strade Bianche, een wedstrijd die hem nochtans bijzonder goed ligt. In 2018 en 2019 eindigde hij al als derde, in 2020 bekleedde de Kempenaar het hoogste schavotje.
Eigenlijk de eerste echte grote zege van Van Aert in een klassieker, en dus een memorabel moment. Jammer genoeg voor hem is zijn tuimeling op de slotklim van de Via Santa Caterina in 2018 dat ook. Van Aert doet tegenover HLN nogmaals zijn relaas over dat moment. “Ik zat piepedood, maar toch ben ik nog vollebak de helling opgevlogen, tot ik halfweg kramp kreeg in mijn benen”, recapituleert hij.
#StradeBianche 🇮🇹 / Édition 2018
— Renaud Breban (@RenaudB31) February 29, 2024
Quelle image de 🇧🇪 Wout van Aert, sous les couleurs de Vérandas Willems Crelan, s’écroulant dans Sienne, tout prêt de l’arrivée.pic.twitter.com/GxjAQeZdsx
“Als ik recht op de pedalen zou staan, zou ik omver vallen van de krampen, dus moest ik in het zadel blijven zitten. Het probleem is dat de klim altijd maar steiler wordt, net voor de top reed ik zo langzaam dat ik toch uit het zadel moest om voldoende kracht op de pedalen te kunnen zetten... De kramp schoot langs alle kanten in mijn benen.”
Onterecht gevoel van schaamte
Het waren bijzondere beelden, maar beschamend was het allesbehalve. Temeer omdat Van Aert toen schijnbaar uit het niets plots de finale reed. En toch. “Ik was beschaamd. Ik had nog nooit iemand een helling te voet zien oplopen in een wegkoers. Toen ik over de streep reed, wist ik: F*ck, dit gaat een dingetje worden.”
Maar dat bleek in eerste instantie niet het geval. “Tot mijn verbazing kreeg ik er geen enkele vraag over. Ik dacht: misschien is het niet in beeld geweest en kom ik er nog mee weg. Ik stapte na het podium dus met een goed gevoel richting de ploegbus.” Echter was die opluchting voorbarig.
“Maar toen ik de deur van de bus opende, begonnen al mijn ploegmaten te gieren. Even later zette ik mijn smartphone aan en zag allemaal filmpjes van supporters die mijn val vastgelegd hadden... Je wordt derde in je eerste Strade Bianche en toch word je uitgelachen”, lacht Van Aert.