We stonden als wielerfans in het voorjaar en tijdens de zomer opnieuw volledig versteld van wat Thibau Nys allemaal uit de pedalen wist te schudden. Nu gaat de blik opnieuw op het veld, waar hij nu écht zijn voetafdruk wil nalaten.
Wereldtop op de weg
Want veldrijden blijft toch nog steeds de grootste passie van Nys jr. Hoewel hij op de weg zoals aangegeven alweer heel wat schitterende prestaties liet noteren. In elke ronde waar hij aan de start stond won Nys minstens één rit, in De Ronde van Hongarije kwam daar zelfs het eindklassement bij. Met zijn etappezege in De Ronde van Zwitserland heeft hij nu ook zijn eerste zege op WorldTour-niveau beet.
Het verbaasde ook Nys zelf. “Ik had wel gedacht dat ik meer overwinningen zou pakken, maar om het op die manier te doen. Ik ben qua winstpercentages de tweede beste van het WorldTour-peloton. Dat is ongelofelijk en had ik nooit verwacht.”
Akkoord, zijn overige zeges kwamen er in rondes van kleiner kaliber, maar dat wil hoegenaamd niet zeggen dat ze zomaar voor het grijpen lagen. Wel, je zou het bijna denken als je Nys zag rijden en domineren. Maar het dient toch te worden aangestipt dat ook deze overwinningen er kwamen tegen kleppers als Marc Hirschi, Diego Ulissi of Magnus Cort, om er maar een paar te noemen.
Allemaal gevestigde waarden in het peloton, en belangrijker om de waarde van deze zeges te kunnen inschatten: allemaal specialisten op het veld waar Nys nu al domineert. Namelijk de punchy aankomsten. Er stond in vele van de gevallen geen maat op onze landgenoot. Maar nu wil hij vader Sven achterna en ook het veld domineren.
Illuster palmares
Makkelijker gezegd dan gedaan uiteraard met een familienaam als Nys. Natuurlijk, aan de schijnwerpers en de druk is Thibau intussen wel gewend. Het blijft evenwel een gegeven dat vader Sven zelfs nog maar benaderen geen sinecure zal worden, om even een open deur in te stampen.
292 profzeges heeft Sven Nys behaald – nog steeds een record - met daarbij ook tal van eindzeges in de verschillende klassementen. Daarnaast werd hij ook nog eens tweemaal wereldkampioen en bezit hij ook nog eens negen titels van Belgisch kampioen.
Nys geldt momenteel dan ook nog steeds als de meest complete en beste veldrijder die er was. Een titel die Nys sr. zeker nog toekomt, maar het intussen wel meer en meer twijfelachtig wordt of we die straks niet aan dat ander fenomeen zullen moeten toedichten, Mathieu van der Poel. Het ‘geluk’ voor Nys is mogelijk dat die zich altijd ten volle op het veld heeft gefocust.
Realisme
Het moge duidelijk zijn: nog werk voor de boeg voor Thibau Nys. Hoewel. Hij heeft zelf al meermaal aangegeven niet het palmares van zijn vader na te jagen. Het zou hem ook onnoemelijk veel druk bezorgen. Net zoals hij ook niet kijkt naar die andere toppers van vandaag, Van der Poel en Wout van Aert.
“Die mannen hebben alles al bereikt in de cross. Ze zijn al meerdere keren wereldkampioen geworden en hebben alle klassementen al eens gewonnen. Die zitten in een totaal andere situatie. Dat kun je niet vergelijken.” Duidelijke taal.
Maar domineren in het veld? Ja! Dat is wél de bedoeling. En het liefst al dit seizoen. De nieuwe Kannibaal van Baal. Flink balen wel dat hij dan net nu af te rekenen kreeg met toch wel een fikse domper. Nys werd immers ziek na het wegseizoen en heeft naar eigen zeggen vijf dagen koorts gehad en het dubbel van dat aantal dagen antibiotica moeten slikken. Niet ideaal.
Voor het begin van het seizoen – dat zaterdag start in Beringen – ziet hij het dan ook niet al te rooskleurig. “Iedereen lacht me uit en ‘ons’ papa verklaart me zot en zegt dat ik normaal moet doen, maar ik ben er niet klaar voor. Ze gaan verschieten als ze me gaan zien rijden in Beringen.”
Optimisme
We zullen het zien. Maar gelukkig voor Nys worden de prijzen ook niet uigedeeld in de eerste weken. Afgezien van het EK dan misschien waarbij hij – als het écht zo erg gesteld is met de vorm – alvast één trui aan zich zal moeten laten voorbijgaan.
Mogelijk wordt het dus net iets anders dan het vorige seizoen, wat Nys toch wel als ‘zijn jaar van de doorbraak’ mag noemen in het veld. Toen reed hij de eerste weken meteen alles aan flarden. Dat moet nu gevolg krijgen met meer continuïteit en meer dominantie.
“De cross is altijd heel belangrijk geweest en dat blijft ook de komende jaren belangrijk. Ik heb fysiek gezien een stap gezet, al kan het zijn dat het door mijn ziekte nog wat uitblijft”, is Nys toch ook wel voorzichtig positief.
Om vervolgens zijn toch wel typerende zelfzekerheid weer te laten spreken. “Maar ik ben er zeker van dat het er vroeg of laat volledig uitkomt. De mensen hebben nog niet mijn volledige potentieel in de cross gezien.”