Komende zondag vindt het WK veldrijden plaats in Tabor, maar echt grote hoop op een gouden medaille koesteren onze landgenoten niet. Mathieu van der Poel lijkt immers onaantastbaar.
Maar uiteraard willen Eli Iserbyt & co wel graag met een medaille huiswaarts keren. De Belgische kampioen heeft een duidelijk idee over hoe dat zou moeten gebeuren. “Deze week moeten we eens goed bekijken met de bondscoach hoe en wat we willen.”
“We moet toch proberen medailles mee te brengen naar huis. Als België mogen we niet enkel op Van der Poel focussen: we mogen ons niet blindstaren op de titel en meerijden met Mathieu, want dat is gevaarlijk”, aldus Iserbyt.
Hij haalt daarvoor het voorbeeld aan van Thibau Nys afgelopen zondag in Hoogerheide. “Dan krijgen we wellicht het deksel op de neus. Dat zag je zondag bij Thibau die zich opblaast door die versnellingen te beantwoorden. Door te rijden om te winnen, kan je ook het podium verliezen en dat zou jammer zijn.”
Vanthourenhout gaat akkoord
Bondscoach Sven Vanthourenhout gaat helemaal mee in het verhaal van Iserbyt. “Eli heeft helemaal gelijk: wij gaan tactisch nog een en ander bespreken. Ik wil vermijden dat we collectief op een counter van de Nederlanders lopen.”
Ook hij zag Nys te onstuimig koersen in Hoogerheide. “Als ik Thibau was geweest, zou ik bijvoorbeeld niet meer op kop gekomen zijn in de voorlaatste ronde, dat had ik aan Mathieu gelaten. Ging Thibau dan gewonnen hebben: wellicht niet, maar hij moet dat werk aan Mathieu laten”, besluit Vanthourenhout.
Het zijn woorden die niet als een verrassing zullen komen bij Nys, die ook bijzonder zelfkritisch was. "Als iemand dat op zo'n manier zou overkomen, zou ik hem keihard uitlachen. Maar nu doe ik het zelf, dat is een les die ik nooit meer zal vergeten. Ik voel me zo dom", klonk het zondag immers.
Tot slot gaf Iserbyt ook nog ambities voor zondag prijs. Hij houdt een mogelijke wereldtitel toch in het achterhoofd. "Ik wil ook niet zonder druk rijden want dat is gevaarlijk. We moeten attent zijn, er kan altijd iets gebeuren met Mathieu, hé. Ik ga niet naar Tabor voor de tweede plek, dat zou getuigen van te weinig ambitie”, aldus de Belgische kampioen.