Het is een eeuwenoude rivaliteit, die tussen Mathieu van der Poel en Wout van Aert. Waar ze elkaar vroeger wel soms rauw lustten, is dat intussen wel anders geworden. Er is een groot respect, ook door het besef wat ze voor elkaar hebben betekend.
Geprofiteerd van concurrentie
Dat ze elkaar nooit nog zullen ontwijken, dat is ook voor Van der Poel uiteraard wel duidelijk. Een rode draad door zijn – of elkaars – carrière: "Wout zal iets van altijd zijn. Dat was als nieuweling en junior zo, dat zal ook als oude, ervaren profs zo zijn. Maar ik vind dat niet erg.”
Want zoals gezegd: het is uiteindelijk ook voor de Nederlander een voordeel gebleken dat er iemand was als Van Aert als concurrent. “Ik denk dat we mekaar betere renners hebben gemaakt. Wout pushte me tot mijn limieten, hij heeft me helpen mijn grenzen verleggen. Omgekeerd is dat ook zo. En we maakten op die manier de koers populairder.”
Mentale klik
Toch mooie woorden van Van der Poel, die ook duidelijk maakt in VWB hoe hij door de jaren veranderd is: "Mijn ingesteldheid. Ik maak me niet druk meer. Ook niet als bepaalde koersen tegenzitten. Ik weet nu dat een mindere prestatie een momentopname is en dat het een paar dagen later anders kan zijn.
Bovendien is hij naar eigen zeggen rustiger geworden. "Ook mijn aanpak van de wedstrijden is veranderd. Ik heb leren koersen met de rem op. Als jonge prof vloog ik er constant in. Ik wilde elke keer en in elke wedstrijd een uitslag rijden. Ik heb het leren anders doen zodat ik nu relaxter koers. Ik kan nu ook rusten en gas terugnemen."
WK is een doel, record niet
Enerzijds was dat ook verplicht, gezien de blessures waarmee ook Van der Poel al te maken kreeg. Voornamelijk zijn rug zorgde voor een helse periode, en daar moet hij nog steeds rekening mee houden. “Maar het gaat goed nu, er zijn geen problemen meer. Als ik mijn oefeningen blijf doen.”
“Dat blijft een opdracht, maar ik heb geen keuze. Het vergt me een kwart à twintig minuten per dag. Niets speciaals, gewoon mijn stabiliteits- en stretchoefeningen. Het doet me bij momenten ook wat krachttraining inlassen.”
Tot slot had Van der Poel het ook nog even over zijn ambitie om recordhouder wereldkampioen veldrijden te worden. Dat WK speelt absoluut, maar niet om die reden. “Ik ga zeker proberen om wereldkampioen te worden. Ik houd gewoon van die trui en het geeft me een doel deze winter.”
“Ik heb geen tien jaar meer om nu nog dingen te laten liggen. Ik word in januari 30. Wat ik kan meepikken, pak ik bijgevolg mee. Kom ik daarmee op gelijke hoogte van De Vlaeminck, super, maar het WK is het doel, niet het record.”