Sven Vanthourenhout verlaat zijn post al bondscoach van de Belgische nationale ploeg met liefst 99 medailles. Net geen iconische 100 dus, maar wel een palmares om u tegen te zeggen. Al mist hij één ding.
Spijt over Van Aert
En dat is namelijk een wereldtitel mijn Wout van Aert, toch wel een beetje ‘zijn poulain’, gezien hun beider verleden in de cross. “Dat ik geen wereldtitel met Wout heb kunnen pakken. Dat had het helemaal rondgemaakt”, oordeelt Vanthourenhout over die leemte.
“We zijn er heel vaak heel dichtbij geweest. Maar het was altijd net niet”, weet Vanthourenhout. Het had zelfs afgelopen zondag nog gekund, was hij overtuigd. “Tot en met dit weekend. In mei ben ik hier komen verkennen. Toen ik hier wegreed, had ik maar één naam in mijn hoofd: hier ging Wout wereldkampioen worden.”
Nochtans stelde hij eerder dat het voor Van Aert ‘op het nippertje zou worden’. “Misschien heb ik soms niet alles tegen de pers gezegd?”, lacht hij bij Het Nieuwsblad. “Vraag het Wout zelf maar een keer. Hij weet heel goed wat ik toen tegen hem gezegd heb.”
Evolutie van Evenepoel
Maar er waren onder meer wel drie wereldtitels – 2 in het tijdrijden en 1 op de weg – én 2 olympische titels met Remco Evenepoel. Vanthourenhout heeft diens weg naar de top helemaal bij gestaan. “Absoluut. Een grote en logische evolutie.” Waarna Vanthourenhout nog eens terugkijkt op het lastige moment in Leuven.
“Je mag niet vergeten: in Leuven was Remco ocharme twintig jaar. Hoe waren wij zelf toen we twintig waren? Als je dan al een keertje niets verkeerd mag zeggen of doen, worden we wel heel streng. Remco is gewoon een heel brave gast. Misschien wel te braaf. En wat een coureur: hij is geschiedenis aan het schrijven tot en met.”