Spanje een fantastisch land met veel troeven. Als je zin hebt in een luilekkervakantie, liggen de bestemmingen voor het oprapen. Maar Spanje is ook een droom voor de actieve reiziger en vooral de fanatieke fietser. WielerNieuws vertelt je waarom. Vamos!
1. Het klimaat
In de lente en de zomer is het heerlijk toeven in eigen land, maar in de herfst en winter volgen de donkere, mistige dagen zich al in sneltempo op. Spanje vormt in die seizoenen een uitstekende uitweg naar het warm(ere) zuiden.
Er zijn tal van zonzekere bestemmingen om uit te kiezen in Spanje. Andalusië pakt uit met de Costa del Sol, een kustlijn met meer dan 300 dagen zon per jaar die haar naam niet gestolen heeft. Daarbij komt nog een uitstekend wegennet en een verlaten binnenland vol bergen. De droom van elke wielerliefhebber.
Een andere goede optie is de Costa Blanca, een kustlijn in de provincie Alicante, met wielerhotspots Calpe en Denia. Ook daar zit je goed voor zon, net als op de Canarische Eilanden en op Mallorca, voor wie meer houdt van de eilandvibe. Keuze genoeg.
2. Variatie, variatie, variatie
De genoemde bestemmingen hebben gemeen dan ze elk jaar kunnen genieten van een pak zon, maar zijn tegelijkertijd heel verschillend qua cultuur en daardoor heel gevarieerd.
Andalusië pakt uit met witte dorpen uit lang vervlogen Moorse tijden, terwijl de Costa Blanca bekendstaat om haar zalige stranden, heerlijke paella en charmante badplaatsen. Mallorca is een parel met oogverblindende baaien, en de Canarische Eilanden zijn een waar paradijs voor strandliefhebbers en zonnekloppers. Allemaal zaken die je fietstochten dat tikkeltje specialer maken.
En dan hebben we het nog niet gehad over het noorden van Spanje, met de autonome regio’s Baskenland, Cantabrië, Asturië en Galicië. Je vindt er alle tinten groen aan en eindeloos natuurschoon. Een uitstekende optie tijdens de hete zomermaanden.
Spanje is trouwens niet alleen een paradijs voor racefietsers, maar ook voor gravel- en mountainbikers. Kies je favoriete trails en knallen maar.
3. Eindeloos klimplezier
Volgens de Belgische Klim- en Bergsportfederatie is Spanje – op Zwitserland na – het meest bergachtige land van Europa. Echte klimgeiten kunnen er dus hun hart ophalen op de fiets.
De hoogste berg van Spanje is de imposante Teide, op het Canarische eiland Tenerife. Met een hoogte van 3718 meter boven zeeniveau bieden de flanken van deze kolos veel mogelijkheden, maar zorg ervoor dat je goed voorbereid bent en de af te leggen hoogtemeters zeker niet onderschat.
Het Spaanse vasteland herbergt mythische gebergtes, zoals de Sierra Nevada, de Pyreneeën en de Picos de Europa. In de Picos vind je de legendarische Angliru, die bekendstaat als een van de zwaarste cols in de wielersport en al vaak aan bod kwam in de Vuelta. Andere niet te missen beklimmingen zijn Sa Calobra (Mallorca) en Rocacorba (Girona). De uitzichten zijn overal grandioos.
4. De gastronomie en de relaxte cultuur
Toegegeven, dit puntje gaat niet echt over fietsen, maar na een stevige training moet je goed eten, toch? En laat eten en gastronomische gewoonten nu net diep verweven zijn in de relaxte cultuur van de Spanjaarden.
Een regelmatig restaurantbezoek hoort gewoon bij het leven in Spanje. Geniet na je fietsavonturen van lekkere tapas, paella of dunne plakjes jamón ibérico, in combinatie met una caña de cerveza. Een Spaanse koffie later en je kunt er weer helemaal tegenaan.
Kook je liever zelf je potje? Geen probleem. Spanje staat ook wel bekend als de ‘moestuin van Europa’ en biedt producten van de hoogste kwaliteit. Een vleugje olijfolie erbij en eten maar.
5. De fietscultuur
In Spanje wordt de fiets veel minder gebruikt dan bij ons in het dagelijkse leven, maar vergis je niet: er heerst een grote, fanatieke wielrencultuur. In het weekend halen de Spanjaarden massaal de fiets boven om hun favoriete routes en beklimmingen af te werken.
Spanje telt ook een groot aantal fietsbedrijven die je met veel plezier voorzien van een fiets van hoge kwaliteit als je je eigen exemplaar niet wilt of kunt meenemen. Trek er alleen op uit met je kameraden of laat je leiden door een ervaren gids. De mogelijkheden zijn legio.
6. De bereikbaarheid
Last but not least is Spanje heel goed bereikbaar vanuit België en Nederland, zowel per vliegtuig als met de auto. Als je voor de auto kiest, kun je gemakkelijk een of meerdere eigen fietsen meenemen.
Vanuit Brussel en Charleroi heb je per vliegtuig veel Spaanse bestemmingen binnen handbereik, net als vanuit Amsterdam of Eindhoven. De trein is ook een optie, maar is tijdrovender en vaak duurder, waardoor de auto of het vliegtuig de voorkeur geniet.