Tadej Pogacar domineerde afgelopen jaar het mannenwielrennen. De een vindt dat schitterend, nostalgisch én heroïsch tegelijk, terwijl de ander die dominantie juist weer te immens vindt worden en de koers daardoor niet interessant meer. Het lijkt een eeuwige discussie te zijn...
Dat het een veelbesproken onderwerp is, staat inmiddels buiten kijf. Of het nu discussies tussen figuren uit de wielerwereld zijn of juist oneindige twistgesprekken tussen fans, er wordt gesproken over de imperialist genaamd Pogacar.
Eentonig of niet?
Ook ex-profcoureur Bob Roll, zelf drievoudig Tour de France-deelnemer (in de jaren tachtig van de vorige eeuw), wierp er - bij NBC Sports Cycling - een blik op en kwam tot de conclusie dat het hedendaagse wielrennen, ondanks die tentoongespreide dominantie, allesbehalve saai is.
''Als het iemand anders in het profpeloton was geweest, zou de sport wél een beetje eentonig zijn geworden'', legde de nu 64-jarige Amerikaan uit. ''Maar voor mij zit hij zo vol charisma. Bovendien maakt het plezier dat Pogacar met zich meebrengt het voor iedereen een absoluut spektakel.''
Kortom, klare taal bij Roll, die vervolgens co-host Christian Vande Velde bij zijn opinievorming betrekt. ''Kun je je bij iemand anders voorstellen hoeveel enthousiasme mensen over het algemeen hebben voor wat Tadej dit seizoen heeft gedaan?'' Zijn jongere landgenoot geeft hem vervolgens geen ongelijk.
''Zelfs de motoren kunnen hem soms niet bijhouden''
''Pogacar had in sommige koersen makkelijk achterover kunnen leunen en de UAE-trein elke keer op kop kunnen laten rijden, waardoor het in een mum van tijd saai geworden zou zijn'', aldus Vande Velde. ''Maar hij valt juist aan en riskeert alles, zelfs in afdalingen! Dat maakt het zo mooi. Zelfs de motoren kunnen hem soms niet bijhouden.''
Vande Velde, die in La Grande Boucle zo nu en dan actief was als motorverslaggever van dienst, sluit af met lovende woorden voor de alleskunner uit Komenda. ''Het was écht waanzinnig wat hij de afgelopen maanden heeft laten zien.''