Dé grote vedette zaterdag in Essen zal uiteraard Wout van Aert zijn, maar Tom Meeusen rijdt er wel een thuismatch. En dat precies in de cross waar hij een jaar geleden nog stopte met fietsen. Om enkele maanden dus weer terug te herbeginnen. Hoe zat dat verhaal juist?
Meeusen doet één en ander uit de doeken tegenover Het Nieuwsblad. Het vertrouwen was weg, en Meeusen wou zich volledig richten op zijn fietswinkel. “Ik dacht van mezelf dat ik zomaar zou kunnen wegwandelen van het veldrijden. Het probleem was dat ik in de fietswinkel doorlopend geconfronteerd werd met de sport.” En dus kroop Meeusen terug op de fiets.
Maar niet omdat hij de competitie miste. “Niet echt, daarvoor had ik te weinig zelfvertrouwen. Dat merkte ik tijdens mijn periode in de fietswinkel. Ik durfde amper naar klanten bellen, tot grote verbazing van mijn collega’s. Het kan niet anders dan dat dit tijdens mijn carrière ook gespeeld heeft. Ik ben terug gaan fietsen om aan mezelf te werken.”
Herremans als trainer
Intussen heeft Meeusen Marc Herremans als trainer, en die relatie gaat goed, zo zegt hij. “Tegen Marc kan je moeilijk zeggen dat je een training overslaat omdat het eens regent. Door zijn manier van denken en door hoe hij in het leven staat, helpt hij mij al vooruit. Ik wil mezelf ook niet als een slachtoffer zien. Wat ik heb meegemaakt – een periode dat het eens wat minder gaat – is iets wat heel veel mensen overkomt.”
Bibberen voor Van Aert
Zaterdag volgt dus terug de cross in Essen, waar hij tegen Van Aert zal mogen strijden. Mógen strijden, want Meeusen heeft duidelijk het grootste respect voor de Kempenaar. “De jonge Wout van Aert was bij Telenet-Fidea nog ploegmaat. Ik reed bij de profs, hij bij de junioren. Toen al kon je zien dat er een sterke lichting zat aan te komen met naast Wout ook Quinten Hermans, Daan Soete en Nicolas Cleppe.”
“Ja, ik kijk ernaar uit om nog eens met Wout aan de start te staan. Ik weet niet of ik hem nog durf aanspreken. Vroeger was hij er ene van ons, nu heeft hij het niveau van het veldrijden al lang overstegen. Het is een eer om met hem aan de start te staan.”
