Wout van Aert heeft zijn terugkeer in het peloton goed verteerd. Althans als we die kleine valpartij van vrijdag niet meerekenen. Echter steken er toch de nodige twijfels de kop op na deze vierdaagse van Van Aert in Noorwegen.
Veel vragen
Dat is althans het geval bij Wim Vos van Het Nieuwsblad. Ook de ‘chef wielrennen’ van de krant zag enkele positieve punten voor Van Aert, voornamelijk op zaterdag en zondag. Eerst werd de massasprint betwist, vervolgens werd Van Aert derde in een etappe voor punchers. “Het mag gerust een ware opsteker worden genoemd. Allemaal hoopvol, zeker weten”, aldus Vos.
Echter maakt die zich klaarblijkelijk toch flinke zorgen om de Kempenaar. “Van Aert die in een ritje dat hij in zijn beste dagen met de vingers in de neus had gewonnen nu als een van de eersten moest afhaken. Van Aert die puffend en blazend bij de laatste tien een niet eens zo steile berg komt opgeklauterd. Van Aert die in die massaspurt niet de versnelling kon plaatsen waar hij anders zo’n patent op heeft”, overloopt Vos.
“Begrijpelijk? Logisch? Verklaarbaar na die zware blessure en moeizame revalidatie? Absoluut. Maar schrikken was het die eerste dagen wel. Voor ons, journalistieke buitenstaanders, die al tien jaar op de huid van Van Aert zitten en dit nog nooit van hem hadden gezien”, heeft de journalist wel begrip.
Nog meer twijfels (?)
Het is evenwel voornamelijk voor de mentale staat van Van Aert zelf waar hij twijfels over heeft. “Maar ook voor hemzelf: zo afzien, in een peloton met amper toprenners, en toch geen hoofdrol kunnen spelen. Het kan niet anders of dat hakt er ook mentaal in. Nooit in zijn leven moet de conditie van Van Aert op het einde van de maand mei zo wankel zijn geweest.”
Woorden waar de renner blijkbaar toch niet mee akkoord gaat. In een interview na de laatste rit was Van Aert immers behoorlijk positief. “Er is veel onzekerheid weggenomen. Ik voelde mij hier steeds beter. Dat is waarop ik hoopte. Mijn vertrouwen is gegroeid”, zegt Van Aert zelfs het tegenovergestelde.
“En het allerbelangrijkste: ik heb weinig of geen pijn gehad. Het is nog even afwachten wat de laatste rit zal doen, met al dat optrekken en de vele hobbelige wegen was dat de meest intense rit, maar alvast de vorige dagen ben ik goed doorgekomen.”